223 Nederlandse Samenvatting Andere persoonlijke kenmerken die van invloed kunnen zijn op het proactieve proces en demate waarin verandering wordt bereikt kunnen temaken hebbenmet hoemensen effectiever naar hun doel kunnen streven. Parker et al. (2010) stelden al dat effectieve zelfregulatie in het nastreven van proactieve doelen het waarschijnlijker maakt dat die proactieve doelen ook nagestreefd blijven worden, en niet opgegeven worden (Parker et al., 2010). In dezelfde geest heb ik in dit proefschrift betoogd dat, om goed te slagen in een doelgericht proces zoals PVM, mensen hun zelfregulatie vaardigheden zullen moeten gebruiken. Immers, mensen kunnen proactief een breed scala aan strategieën gebruiken om hun vitaliteit voor het werk te reguleren, waarvan de effectiviteit en aantrekkelijkheid van persoon tot moment kan verschillen (vgl. Sonnentag & Fritz, 2007; Thayer et al., 1994). Sommige mensen proberen bijvoorbeeld misschien vroeg wakker te worden en elke ochtend te sporten om energie te krijgen voor de aankomende werkdag, terwijl anderen zich mogelijk juist concentreren op voldoende slaap om de werkdag fysiek en mentaal uitgerust te beginnen. Naast dergelijke individuele verschillen, kan het aantal en het type PVM-strategieën die mensen gebruiken van dag tot dag verschillen. Wanneer deadlines bijvoorbeeld vragen om ononderbroken tijd om aan projecten te werken kunnenmensenmisschien een rustige plek opzoeken om te werken en hun e-mail en push berichten een tijdje uitschakelen (bijvoorbeeld een ‘stilte uur’ inbouwen; König et al. , 2013). Op andere momenten kunnen mensen ervoor kiezen om te gaan wandelen om hun hoofd leeg te maken en nieuwe ideeën op te doen (Oppezzo & Schwartz, 2014) of om naar hun favoriete muziek te luisteren terwijl ze aan het werk zijn om een ​energieke en gedreven mindset te bevorderen (Lesiuk, 2005). Belangrijk hierbij is dat de PVM-strategieën bewust en doelgericht worden ingezet. In dit zelfregulerende proces moeten mensen dus gedragsstrategieën bedenken en implementeren, en voortdurend monitoren en evalueren wat voor hen het beste werkt om de gewenste uitkomsten te bereiken (Balkis & Duru, 2016; Wang et al., 2021; Zimmerman, 2000). Dit idee ondersteunend laten de bevindingen van de studies beschreven in Hoofdstuk 2, 3 en 6 van dit proefschrift zien dat mensen met meer zelfinzicht beter in staat zijn om dit zelfregulerende proces te doorlopen, waardoor het effect van hun PVM-strategieën wordt versterkt. Zelfinzicht kan dus functioneren als een structurele persoonlijke hulpbron die de mobilisatie van meer vluchtige persoonlijke hulpbronnen, zoals fysieke en mentale energie, makkelijker maakt (Ten Brummelhuis & Bakker, 2012). Hoofdstuk 6 beschrijft bijvoorbeeld hoe een hoger niveau van zelfinzicht de effectiviteit van PVM versterkte bij het verminderen van JD-R’s uitputtingsproces en het op gang

RkJQdWJsaXNoZXIy MTk4NDMw