Ben van der Hilst

203 6 Empirie Teamgericht organiseren ontwerp: er zijn teveel veranderingen nodig in de onderwijsorganisatie om het ont- werp geheel kloppend te maken. Het curriculum is bijvoorbeeld nog te versnipperd om kleine onderwijsteams te vormen die het grootste deel van het curriculum kunnen verzorgen. Ook schrikken schoolleiders terug voor teveel wijzigingen in de gegroeide praktijken van leraren. Deze praktijken zijn gebaseerd op vergaande arbeidsdeling, zonder veel samenwerking met andere leraren rond dezelfde leerling. In het voortge- zet onderwijs is in sommige scholen de gewoonte dat vakgroepen de inzet van leraren bepalen, hetgeen een optimale indeling in onderwijsteams in de weg kan staan. Ook komt het daar voor dat schoolleiders stuiten op weerstand bij leraren die aan zoveel mogelijk verschillende groepen les willen geven en zich niet willen concentreren op een bepaalde groep leerlingen. In het mbo blijkt het vaak moeilijk door de gegroeide praktijk om leraren van beroepsgerichte vakken en algemeen vormende vakken in een onderwijsteam onder te brengen. Daardoor komt het principe dat het onderwijsteam verantwoordelijk is voor de gehele ontwikkeling in gevaar. Ambigue opvattingen bij schoolleiders Hoewel vele schoolleiders de TOS als een goed alternatief zien voor de gangbare teamstructuur om het tekort aan betrokkenheid en professioneel gedrag van leraren te bestrijden en de wendbaarheid van de organisatie te vergroten, stuit de TOS (na het eerste enthousiasme) ook op grote aarzelingen. Deze aarzelingen betreffen de haal- baarheid bij leraren (zijn zij wel zo professioneel?), het verlies aan controle, de angst dat teams allemaal hun eigen gang gaan (verlies aan standaardisatie), de onoverzich- telijkheid voor leerlingen en ouders, de betaalbaarheid en communicatieproblemen.

RkJQdWJsaXNoZXIy ODAyMDc0