Ben van der Hilst

233 7 Theorie Teamgericht organiseren Conclusie ten aanzien van de proposities De ervaringen met gedeeld leider- schap laten zien dat het waarderen en benutten van kennis van leraren positieve effecten heeft op de kwaliteit van het onderwijs. Het gaat dan niet zozeer om het benutten van die kennis door de formele leider als wel om het zodanig organiseren en faciliteren dat deskundigheid in de school gedeeld wordt en dat daarbij de deskundige de leiding neemt (en dus tijdelijk macht krijgt) om anderen te beïnvloeden. Bij gedeeld leiderschap gaat het daarbij niet om formele overdracht van macht. Bij de TOS wordt de kennisdeling en de bevoegdheid die kennis te benutten geïntensiveerd door formalisering in de organisatiestructuur. Verwacht mag worden dat de positieve effecten op het professioneel handelen van leraren die bij onderzoek over gedeeld leiderschap gevonden worden, daardoor versterkt worden. In deze zin ondersteunt deze invalshoek de propositie P4 over professioneel handelen type 2. Het onderzoek over gedeeld leiderschap laat ook zien dat het spreiden van leiderschap sterk afhankelijk is van vaardigheden en attitude van de schoolleider. De TOS kan opgevat worden als een versterkte vorm van het spreiden van leiderschap, waarbij ver- antwoordelijkheden en bevoegdheden permanent en expliciet worden toegekend aan teams . Met enige voorzichtigheid kan daaruit geconcludeerd worden dat zo’n explicie- te overdracht van bevoegdheden nog hogere eisen stelt aan vaardigheden en attitude van de schoolleider (Propositie 8 over leiderschap in de TOS). 7.4 Het sociotechnisch perspectief De sociotechniek is vanaf de zestiger jaren van de vorige eeuw in de arbeidssociologie ontwikkeld met als belangrijkste grondlegger in Nederland Ulbo de Sitter, hoogleraar in Eindhoven en Nijmegen. De sociotechniek probeert een antwoord te formuleren op de vervreemding die waargenomen wordt bij het Tayloriaans inrichten van arbeidsor- ganisaties, waarbij arbeidsdeling centraal staat. De sociotechniek die in Nederland ontwikkeld is, wordt ook wel moderne sociotechniek genoemd. Deze onderscheidt zich van de ‘oude’ sociotechniek door het meer benadrukken van de verschillen en relaties tussen productiesysteem en besturingssysteem in plaats van de aanpassin- gen van de mens aan de techniek (waar de term ‘sociotechniek’ vandaan komt). In de beginjaren van de sociotechniek ligt de focus op het ontwerpen van groepstaken in het productiesysteem, waarvoor een team van medewerkers de verantwoordelijkheid kan nemen en daarbij voldoende regelmogelijkheden krijgt om de taak uit te voeren. Kuipers, Van Amelsfoort & Kramer (2010) spreken van een ontwikkeling in de laat- ste decennia naar een integrale sociotechnische benadering voor structurele sociale innovatie van organisaties (p. 34), die start bij de strategische positionering van de organisatie in haar omgeving. Het startpunt van het organisatieontwerp is hetzelfde

RkJQdWJsaXNoZXIy ODAyMDc0