Ben van der Hilst

271 8 Conclusies Teamgericht organiseren den bevoegdheden overgedragen aan een hiërarchisch lager staande actor. School- leiders zijn bekend met het begrip mandatering, omdat zij meestal werken met een directiestatuut waarin bevoegdheden naar hen worden gemandateerd vanuit het bestuur. Het bestuur maakt zijn verantwoordelijkheid waar door het mandateren van bevoegdheden naar de schoolleider, de schoolleider maakt zijn verantwoordelijkheid waar door het mandateren van bevoegdheden naar de onderwijsteams. In een profes- sioneel statuut kan deze mandatering geregeld worden met gebruikmaking van het bevoegdheidskader dat in de TOS beschreven is. Het voordeel van deze constructie is dat schoolleiders de formele positie van de teams kunnen spiegelen aan de eigen positie, zodat het hanteren van de mandatering gemakkelijker wordt. Mogelijk werkt het geruststellend voor de schoolleider dat een mandaat te allen tijde kan worden ingetrokken en kan deze zich vanuit de eigen positie voorstellen wat dit betekent. 8.3 Verrijking van de TOS Systemen en ondersteunende diensten Zeker wanneer scholen de overgang naar de TOS maken vanuit het ‘oude’ sturingsparadigma, zal zorgvuldig bekeken moeten wor- den of de ondersteunende diensten, zoals onderwijsontwikkeling, kwaliteitszorg, per- soneelsbeleid, et cetera, nauw aansluiten bij het werk in de onderwijsteams. Dat geldt bijvoorbeeld ook voor de intern begeleider in het po en de zorgteams in het vo en mbo. Leerlingen die speciale zorg nodig hebben, behoren tot de verantwoordelijkheid van het (gehele) onderwijsteam. Zorgfunctionarissen richten zich dus vooral op ondersteuning van de onderwijsteams (en niet zozeer individuele leraren). Als zij individuele leerlingen begeleiden, doen zij dat in overleg met en in opdracht van het onderwijsteam. In het ‘oude’ sturingsparadigma zijn ondersteunende diensten gericht op het ondersteunen van het besturingssysteem om beter te kunnen sturen. Dan is er bij invoering van de TOS een verschuiving nodig naar dienstverlening aan de onderwijsteams. Een belangrijk systeem in scholen is de onderwijsorganisatie, zoals het roos- ter, de jaarindeling en de examinering. Enerzijds is het van belang dat onderwijsteams enige vrijheidsgraden hebben ten aanzien van bijvoorbeeld de roostering en groe- pering van leerlingen, anderzijds vereisen wettelijke voorschriften enige standaar- disering van bijvoorbeeld het systeem van examinering. Zeer nauwkeurig moet dus steeds weer worden onderzocht welke systemen of subsystemen gestandaardiseerd en gecentraliseerd moeten worden of blijven, en welke (sub)systemen vormgegeven worden in de onderwijsteams. Zo kan bijvoorbeeld een centraal gestandaardiseerd roostersysteem bestaan uit subsystemen met lokale vrijheidsgraden voor ieder af- zonderlijk onderwijsteam. In zo’n subsysteem zijn dan verschillende leraren van het onderwijsteam gekoppeld aan de groep leerlingen die bij het onderwijsteam horen,

RkJQdWJsaXNoZXIy ODAyMDc0