Koos Boeve

207 Nederlandse samenvatting NEDERLANDSE SAMENVATTING Het merendeel van de tumoren in de mondholte zijn orale plaveiselcelcarcinomen (OPCC’s), die uitgaan van het mondslijmvlies. Wanneer OPCC’s uitzaaien gaat dit vrijwel altijd eerst naar de lymfeklieren in de hals, dit worden regionale metastasen genoemd. In een later stadium kunnen ook metastasen via de bloedbaan “op afstand” ontstaan naar bijvoorbeeld de longen. De aan- of afwezigheid van regionale metastasen is een belangrijke prognostische factor voor de uitkomst van de ziekte en voor de keuze van de behandeling van OPCC’s. Echter niet alle regionale metastasen zijn klinisch te detecteren met de huidige diagnostische technieken, zoals de computertomografie (CT) scan, magnetic resonance imaging (MRI) scan of de echogeleide cytologische punctie. Ondanks dat ze met deze relatief gevoelige klinische technieken niet detecteerbaar zijn, blijken er toch regionale metastasen in de lymfklier aanwezig te zijn in 23-37% van de patiënten met een vroeg stadium OPCC (cT1-2N0). Deze klinisch niet te detecteren regionale en afstandsmetastasen worden occulte metastasen genoemd. Occulte regionale metastasen werden in het verleden gediagnosticeerd door de lymfklieren van level I-III van de hals als één blok met de omgevende weke delen te verwijderen, een zogenoemde electieve halsklierdissectie. Een electieve halsklierdissectie kreeg de voorkeur nadat onderzoek aantoonde dat dit voor een betere overleving zorgde in vergelijking met het achterwege laten van een halsklierdissectie en te volstaan met poliklinische controle. Echter met deze electieve halsklierdissectie worden de 63-77% patiënten, die geen occulte metastase blijken te hebben, onnodig geopereerd. Een dergelijke ingreep heeft risico’s op postoperatieve morbiditeit, bijvoorbeeld schouderpijn of een bewegingsbeperking van de schouder en de arm. Dit nadeel geeft aan dat er een noodzaak is voor nauwkeurige en minder invasieve methoden om occulte metastasen te kunnen detecteren. In dit proefschrift deden we onderzoek naar de voorspellende waarde voor het aantonen van occulte metastasen door gebruik te maken van de schildwachtklierbiopsie procedure, histopathologische karakteristieken en moleculaire tumormarkers. Nadat verschillende studies hadden aangetoond dat tumor infiltratiediepte en extranodale groei sterk prognostischwaren voor de overleving na de behandeling van het OPCC, werden deze histopathologische karakteristieken toegevoegd aan de 8 e editie van de American Joint Committee on Cancer TNM classificatie. De studies die de basis vormden voor de aanpassing van de TNM classificatie, bevatten echter geen patiënten die een conservatieve behandeling van de hals hebben gehad, terwijl deze toevoegingen aan de TNM classificatie mogelijk vooral invloed hebben op de behandeling van patiënten met een vroeg stadium tumor. In hoofdstuk 2 bepaaldenwe de klinische impact van de aanpassingen in de nieuwe TNM classificatie in een retrospectieve database van 211 patiënten met een eerste primaire pT1-2 OPCC die allemaal primair chirurgisch zijn behandeld. Honderddrieënzeventig

RkJQdWJsaXNoZXIy ODAyMDc0