Carolien Zeetsen

159 APPENDIX Samenvatting en algemene discussie A veroorzaakt door een sterke negatieve scheefheid van de scoreverdeling waarbij velen van de cognitief intacte participanten maximaal scoorden op beide versies. In cognitief beperkte individuen is reeds bewezen dat de MoCA–MIS een bruikbare index is voor het meten van verandering over tijd, wat de maat een goede voorspeller maakt voor bijvoorbeeld de overgang van lichte cognitieve stoornissen naar de ziekte van Alzheimer (Julayanont et al., 2014). Validiteit Naast betrouwbaarheid, is de validiteit van een instrument ook zeer belangrijk. Testvaliditeit is de mate waarin de uitkomsten op een instrument te generaliseren zijn naar uitkomsten uit de echte wereld. Er zijn vele verschillende vormen van validiteit, waarvan constructvaliditeit waarschijnlijk de belangrijkste is. Constructvaliditeit wil zeggen: meet een test wat hij beoogt te meten? Met andere woorden, meet de MoCA daadwerkelijk cognitief functioneren in de domeinen die hij beoogt te meten? Constructvaliditeit wordt meestal bepaald door de resultaten op een test te vergelijken met resultaten op een conceptueel vergelijkbare test. In Hoofdstuk 3 zijn de resultaten op de MoCA vergeleken met resultaten op een NPO dat was samengesteld op basis van de cognitieve domeinen die de MoCA beoogt te meten. De resultaten toonden aan dat alle MoCA–DS significant samenhingen met de resultaten op het corresponderende NPO domein, wanneer beiden achter elkaar waren afgenomen (correlatiecoëfficiënten varieerden van laag [.229] tot matig [.542]), wat bewijs geeft voor lage tot matige constructvaliditeit van de MoCA voor gebruik in de verslavingszorg. Een andere belangrijke vorm van validiteit is de criteriumvaliditeit. Dit is de mate waarin het resultaat van een test gerelateerd is aan een uitkomst (criterium). Met andere woorden, hoe goed corresponderen de resultaten op de MoCA met de classificatie van cognitieve beperkingen gebaseerd op een NPO? Criteriumvaliditeit kan gelijktijdig ( concurrently ) bepaald worden, door de MoCA en het NPO op dezelfde dag af te nemen, en voorspellend ( predictively ), door de MoCA enkele dagen/weken voor een NPO af te nemen. In beide gevallen wordt de validiteit bepaald door op verschillende mogelijke afkapwaarden van de MoCA de sensitiviteit (het percentage van de patiënten met NCS, die onder de afkapwaarde van de MoCA scoren) en de specificiteit (het percentage van de patiënten zonder NCS, die boven de afkapwaarde van de MoCA scoren) te berekenen, waarmee de accuratesse van de screener wordt beoordeeld. Tegelijk worden met dezelfde afkapwaarden de positief voorspellende waarde (PVW: het percentage van de patiënten die onder de afkapwaarde scoren op de MoCA, die ook NCS hebben), en de negatief voorspellende waarde (NVW: het percentage van de patiënten die boven de afkapwaarde scoren op de MoCA, die geen NCS hebben) berekend, waarmee de patiënt wordt beoordeeld.

RkJQdWJsaXNoZXIy ODAyMDc0