Adriëtte Oostvogels

en TG. Deze verbanden waren sterker in meisjes dan in jongens. Er werden geen verbanden gevonden met het glucose metabolisme van het kind. Ook werden er geen indicaties gevonden dat het vetpercentage van het kind, het verband tussen de lipiden van de moeder in de vroege zwangerschap en de lipiden van het kind verklaarden. In Hoofdstuk 5 werd de lichaamssamenstelling en het glucose metabolisme van 5-6 jarige kinderen zonder tweedegraads familiegeschiedenis van diabetes (FHD; n=226) vergeleken met die van kinderen met een FHD aan alleen moeders (n=353), aan alleen vaders (n=281) of aan zowel moeders als vaders kant (n=164). Nadat rekening was gehouden met andere factoren die dit verband mogelijk zouden kunnen beïnvloeden, werden er geen verschillen gevonden tussen de groepen met betrekking tot de lichaamssamenstelling van het kind. Wel vonden we dat kinderen met een FHD aan zowel moeders als vaders kant een slechter glucose metabolisme hadden in vergelijking met de andere kinderen. In Hoofdstuk 6 werd de postnatale groei in gewicht, lengte en BMI van jongens en meisjes apart vergeleken van moeders met een normaal gewicht (n=3354), overgewicht (n=711) en obesitas (n=241) voor de zwangerschap. Kinderen van moeders met overgewicht groeiden sneller in gewicht en BMI dan kinderen van moeders met een normaal gewicht. Meisjes van moeders met overgewicht voor de zwangerschap verschilden eerder van meisjes van moeders met normaal gewicht, dan jongens. Op 7-jarige leeftijd waren de verschillen in zowel lengte, gewicht als BMI tussen kinderen van moeders met normaal gewicht en overgewicht groter voor meisjes dan voor jongens. Vanaf de leeftijd van 3 jaar waren meisjes van moeders met overgewicht al langer dan meisjes van moeders met een normaal gewicht. Deze verschillen vonden we niet voor jongens. In Hoofdstuk 7 werden verbanden gelegd tussen de BMI van de moeder voor de zwangerschap, postnatale groei in de periode van 1-3 maanden en het cardiometabool profiel op 5-6 jarige leeftijd in 1459 moeder-kind paren. Ook beschrijft het de rol (onafhankelijk/mediërend/modificerend) van postnatale groei in deze associatie. Kinderen van moeders met overgewicht hadden een hogere middel-lengte ratio, bloeddruk (SBP/DBP) en metabole score van het kind. Versnelde postnatale groei in gewicht en in gewicht-voor-lengte had onafhankelijk van het BMI van de moeder een verband met een hogere middel-lengte ratio en metabole score. Verder had een postnatale groei in gewicht een positief verband met nuchtere glucose waarden van het kind. Het verband tussen het BMI van de moeder voor de zwangerschap en de uitkomsten van het kind op 5-6 jarige leeftijd werden niet gemedieerd door postnatale groei. Postnatale groei modificeerde wel het verband tussen BMI voor 254

RkJQdWJsaXNoZXIy MTk4NDMw