Esther Mertens

| 181 General Discussion bleek R&W in het intrapersoonlijk domein het psychologisch welzijn, seksuele autonomie, en internaliserend gedrag iets te verbeteren, en in het interpersoonlijk domein agressief gedrag iets te verminderen. Verder bleek R&W de zelfcontrole en emotieregulatie van leerlingen iets te vergroten. Opvallend is dat universele schoolinterventies, inclusief R&W, niet in staat lijken om de specifieke intrapersoonlijke competentie weerbaarheid van leerlingen te verbeteren, terwijl dat vaak wel het doel is van deze interventies. Concluderend, aangezien de interventie effecten klein zijn, is het belangrijk om te onderzoeken hoe de effectiviteit van deze schoolinterventies vergroot kan worden. Doel 2: Onder welke omstandigheden en voor wie werkt het? Voor R&W heb ik gekeken of de dosering (de mate van intensiteit) van de interventie samenhing met de effectiviteit (Hoofdstuk 3). Daarnaast heb ik onderzocht of leerlingen met verschillende persoonlijkheidskenmerken anders reageren op de interventie (Hoofdstuk 4). Met betrekking tot dosering van de interventie heb ik onderzocht of de ecologische focus (aantal mensen betrokken bij de interventie) en de duur van de interventie samenhing met de effectiviteit. De ecologische focus van de interventie heb ik onderzocht aan de hand van de drie interventie condities ( Light, Standaard, en Plus – zie ook doel 1) die verschilden in het aantal mensen dat betrokken was bij R&W. R&W was vooral effectief wanneer er weinig leerkrachten betrokken waren bij het uitvoeren van de interventie (alleen de leerkrachten die de R&W lessen gaven – Light conditie). In deze conditie werd R&W dus toegepast tijdens de interventielessen, maar niet tijdens reguliere lessen ( Standaard en Plus conditie) of in de thuisomgeving ( Plus conditie). Verder bleek dat leerlingen vooral tijdens het eerste gedeelte van de interventie (in het eerste schooljaar) verbetering lieten zien. Misschien is het voor het vergroten van competenties en het verminderen van problemen voldoende om alleen tijdens het eerste jaar en alleen tijdens de interventielessen ( Light conditie) R&W te geven. Deze resultaten samen suggereren dat voor R&W mogelijk geldt dat minder beter is (“ less is more” ). Daarnaast heb ik geanalyseerd of sommige leerlingen meer kunnen profiteren van R&W de andere leerlingen afhankelijk van hun persoonlijkheidskenmerken. Sommige persoonlijkheidskenmerken (zoals minder consciëntieus zijn, meer neurotisch, meer extravert) kunnen leerlingen bijvoorbeeld kwetsbaarder maken voor het ontwikkelen van problemen, waardoor ze wellicht ook meer potentie hebben om te verbeteren. Daarnaast zouden bepaalde persoonlijkheidskenmerken ook de overdracht van vaardigheden geleerd tijdens de interventielessen naar het dagelijks leven kunnen bevorderen. Persoonlijkheidskenmerken van leerlingen bleken relatief weinig samen te hangen met de effectiviteit van R&W. Dit bevestigt het universele karakter van 7

RkJQdWJsaXNoZXIy ODAyMDc0