Mariken Stegmann

Inleiding  In dit hoofdstuk bespreken we hoe het tweede deel van de PION‐studie is verlopen  en wat de resultaten zijn. In dit tweede deel bekeken we welke informatie huisartsen  en specialisten nodig hebben in verwijsbrieven en specialistenbrieven tot en met de  start van de behandeling.  Methode  In een Delphi‐procedure (een onderzoeksmethode waarbij je streeft naar consensus)  met twee rondes hebben drie expert‐panels beoordeeld welke items opgenomen  moesten worden in een verwijsbrief en/of specialistenbrief. De deelnemers gaven  aan hoe belangrijk een item is. Vervolgens werd op basis van de gemiddelde score  per item besloten of het op de voorlopige lijst voor inclusie of de voorlopige lijst voor  exclusie kwam. Deze lijsten werden vervolgens zo vaak als nodig teruggestuurd aan  de panels met het verzoek aan te geven of de selectie juist was.  Resultaten  De panels bestonden uit 39 huisartsen, 42 oncologisch specialisten (o.a. medisch  oncologen, radiotherapeuten, urologen en chirurgen) en 18 patiënten of  patiëntvertegenwoordigers. We legden de panels de 70 items voor uit eerder  onderzoek (hoofdstuk 6), aangevuld met respectievelijk 49 en 81 items afkomstig uit  literatuuronderzoek. (Figuur 8). De panels bereikten consensus na twee rondes. Op  de definitieve lijst staan 12 items voor verwijsbrieven en 35 items voor  specialistenbrieven.  Figuur 8. Proces Delphi‐procedure.  Items: verwijsbrief / specialistenbrief  34

RkJQdWJsaXNoZXIy ODAyMDc0