Nanke Dokter

106 Stimuleren van schoolse taalvaardigheid bij rekenen vier keer haar eigen uitingen. De leraren F en G, die beiden les geven aan meer dan 80% NT2-leerlingen, lijken iets vaker strategieën te gebruiken die gericht zijn op correctie van de taal (‘verbeterd herhalen’, ‘vragen preciezer te formuleren’ en ‘verbeterd herhalen van uiting van leerling’) dan leraar H. Bij het analyseren van de gebruikte strategieën op power up of power down , is te zien dat leraar G tijdens de uitleg duidelijk vaker power down strategieën gebruikt (vijftien x power down versus zes x power up ), waar leraar F zeven keer power down en vier keer power up strategieën gebruikt en leraar H zes keer power down en twee keer power up strategieën. De persoon van de leraar lijkt meer bepalend bij de keuze van power up of power down strategieën dan de taalachtergrond van zijn leerlingen. Het schooltaalstimulerend gedrag van de leraren F en G verschilt bij uitleg meer van elkaar dan het gedrag van de leraren F en H. Wellicht zijn de scores op de kennis, attitude en eigen vaardigheid/vorm en eigen vaardigheid/inhoud ten aanzien van schooltaal van de leraren F en H ook meer gelijk dan die van leraar G. Deze scores staan in Tabel 5.16. Tabel 5.16 Kennis, attitude en vaardigheid ten aanzien van schooltaal van drie leraren (F, G en H) met meer dan 80% en minder dan 20% NT2-leerlingen (scores) Leraar F Leraar G Leraar H Range Kennis Schooltaal algemeen 11 23 8 0-28 Schooltaal didactiek 8 11 5 0-14 Totaal 19 34 13 0-42 Attitude Cognitief aspect 3.36 3.73 2.82 0-5 Affectief aspect 3.73 4.27 2.91 0-5 Zelfbeeldaspect 3.64 3.82 3.27 0-5 Totaal 3.58 3.94 3.00 0-5 Vaardigheid Vorm 2 5 6 0-6 Inhoud 3 3 4 0-4 Totaal 5 8 10 0-10 Met name bij de kennistoets is de score van leraar G opvallend hoog (34) vergeleken met de andere twee leraren en de score van leraar H vrij laag (13). Ook op attitude scoort leraar G hoger dan de andere twee leraren en vergeleken met andere leraren scoort leraar H laag, met name op het cognitieve en affectieve aspect. Leraar H schat het belang van aandacht voor taal tijdens de rekeninstructie niet hoog in en vindt het ook niet plezierig om er aandacht aan te besteden. De vaardigheidsscore van leraar H is hoog met de maximaal haalbare 10 punten. De scores van leraren F en H komen niet duidelijk meer overeen met elkaar dan met de score van leraar G. Kennis, attitude en vaardigheid lijken niet direct samen te hangen met het vertoonde schooltaalstimu- lerende gedrag. Uit deze analyse blijkt dat de leraren die lesgeven aan groepen met meer dan 80% NT2-leerlingen ten aanzien van schooltaal in de rekeninstructie (iets) ander schooltaalstimulerend gedrag laten zien dan de leraar die lesgeeft aan een groep met minder dan 20% NT2-leerlingen. Bij gesprek is zichtbaar dat in klassen met vooral NT2-

RkJQdWJsaXNoZXIy ODAyMDc0