Nanke Dokter

128 Stimuleren van schoolse taalvaardigheid bij rekenen Collectieve participatie Collectieve participatie is een tweede kenmerk van een effectief professionaliserings- programma. Door samen te participeren in een professionaliseringstraject worden leraren gestimuleerd tot dialoog met elkaar; deze interactie kan een krachtige manier zijn om tot leren te komen (Desimone, 2009; Garet et al., 2001; Thurlings & Den Brok, 2017). Volgens Gibbons (2002) is interactie het hart van ieder leerproces. Kennedy (2016) stelt dat het hierbij van belang is dat interactie doelgericht en inhoudelijk is. Uit haar review blijkt dat professionaliseringsprogramma’s waarbij leraren geprikkeld werden tot doelgerichte interactie het meest effectief waren, in tegenstelling tot programma’s waarbij leraren voornamelijk individueel aan het werk waren. Inhoudelijke focus en doelen Doelgerichte interactie is alleen mogelijk als er sprake is van heldere doelen. Desimone (2009) noemt het stellen van inhoudelijke doelen het meest invloedrijke kenmerk van professionaliseringsprogramma’s. De doelen zijn het meest effectief als ze gericht zijn op de dagelijkse lespraktijk: de vakinhoud, de vakdidactiek en het leerproces van de leerlingen bij dat specifieke vak (Van Veen et al., 2010). Leerlingresultaten verbeteren vooral als de inhoud en de manier waarop ze aan leerlingen worden aangeboden in het professionaliseringsprogramma specifiek genoeg aan bod komen. Bevatte het programma meer algemeen pedagogische inhoud, dan leidde dit niet tot betere leerresultaten van de leerlingen (Garet et al., 2001). Uit het onderzoek van Kennedy (2016) bleek dat programma’s met puur inhoudelijk gerichte doelen minder effect hadden op het leren van de leerlingen. Als de doelen in de programma’s werden gekoppeld aan een bredere context en een hoger doel, bijvoorbeeld door de inhoude- lijke doelen te koppelen aan het leren van specifieke leerkrachtvaardigheden, waren ze wel succesvol. Actief leren Aanzetten tot handelen is onderdeel van actief leren, dat als belangrijk kenmerk wordt gezien van effectieve professionaliseringsprogramma’s van leraren (Desimone, 2009; Garet et al., 2001). De manier waarop actief leren vorm kan krijgen verschilt: belangrijk is dat leraren actief betrokken zijn bij betekenisvolle gesprekken, bij het maken en uitvoeren van plannen of bij het observeren van leerlingen of van expertleraren (Garet et al., 2001). Actief leren speelt een rol tijdens collectieve participatie, een kenmerk dat ook naar voren kwam bij Desimone (2009). Van Veen et al. (2010) noemen onderzoe- kend leren een vorm van actief leren, waarbij leraren lesgerelateerde onderwerpen onderzoeken, analyseren en bediscussiëren. Daarbij hoeft de leraar zelf geen onder- zoeker te zijn, maar gaat het erom dat hij actief deelneemt aan en leert van het ondernemen van onderzoeksmatige activiteiten (Van Veen et al., 2010).

RkJQdWJsaXNoZXIy ODAyMDc0