Nanke Dokter

Ontwikkeling van een interventie 129 Coherentie Desimone (2009) beschrijft coherentie als de mate waarin het leren van de leraar aansluit bij zijn kennis en overtuigingen. Garet et al. (2001) vullen aan dat coherentie ook kan gaan over het laten aansluiten van de nieuwe ervaringen van de leraar bij de eigen gestelde doelen en door de maatschappij en de overheid vastgestelde inhouden en doelen. Coherentie kan volgens Garet et al. (2001) ook gevonden worden in de dialoog tussen leraren. Het stimuleren van een dialoog tussen leraren kan alleen tot stand komen als de inhouden ervan genoeg samenhang vertonen. Deze inhouden moeten voor de deelnemende leraren duidelijk zijn om doelgericht te kunnen werken (Desimone, 2009; Garet et al., 2001). Authentieke taken Doelen die gesteld worden vanuit de context van de leraar zelf zijn de meest effectieve doelen voor professionalisering. De taak die het meest effectief is bij het behalen van de gestelde doelen is een authentieke taak, een taak die functioneel is bij het bevorderen van het leerproces van de leraar. Van Veen et al. (2010) onderkennen het belang van functionele taken die aansluiten bij de specifieke problemen uit de eigen context van de leraar. Zij schrijven dat meerdere significante relaties gevonden zijn tussen professionaliseringsprogramma’s en ‘de kwaliteit van leraren, hun lesgeven en het leren van leerlingen, wanneer de inhoud van de interventie betrekking heeft op de dagelijkse lespraktijk en nog specifieker op problemen met betrekking tot de vakinhoud, vakdidactiek en het leerproces van leerlingen in een specifiek vak’ (Van Veen et al., 2010, p. 29). Dit wordt onderschreven in het integratief model van profes- sionele groei van leraren. Door bewust te handelen in de praktijk en te reflecteren op dat handelen, kunnen volgens Clarke en Hollingsworth (2002) veranderingen worden bewerkstelligd. Begeleider als rolmodel Tijdens een professionaliseringstraject spelen ook de begeleiders van dat traject een rol (Korthagen et al., 2006; Van Veen et al., 2010). De effectiviteit van de begeleiding is afhankelijk van de mate waarin de begeleider samen met de leraar op zoek gaat naar manieren om de gestelde doelen te bereiken (Kennedy, 2016). Ook hierbij geldt dat doelgerichte interactie van belang is bij het bereiken van de gestelde doelen. Daarbij kan het voorbeeldgedrag van de begeleider, bijvoorbeeld door hardopdenkend voor te doen, een waardevolle manier zijn om de leraar te stimuleren ook dit gedrag te laten zien (Korthagen et al., 2006). Reflectie Systematische reflectie is essentieel bij het bewust kunnen leren van ervaringen (Korthagen & Vasalos, 2002) en het is noodzakelijk bij het verbinden van de praktijk met de theorie (Korthagen et al., 2006). Door te reflecteren op het handelen kunnen 7

RkJQdWJsaXNoZXIy ODAyMDc0