Nanke Dokter
188 Stimuleren van schoolse taalvaardigheid bij rekenen In de nameting scoorde student B bij de kennistoets 28 van de 42 stellingen goed; daarvan gingen achttien stellingen over schooltaal in het algemeen en tien over school- taalstimulerende strategieën. In de attitudemeting scoorde ze gemiddeld 4.0 op een 5-punts Likertschaal: op het cognitieve aspect scoorde ze gemiddeld een 4.0, op het affectieve aspect een 3.82 en op het zelfbeeldaspect een 4.18. Student B was op alle metingen vooruitgegaan, zowel bij de kennismeting als bij alle aspecten van de attitudemeting. Bij de nameting van de schooltaalstimulerende strategieën was te zien dat student B opvallend veel meer variatie liet zien dan in de voormeting en dat ze vaker schooltaal- stimulerende strategieën heeft ingezet tijdens de rekeninstructie. In Transcript 9.4 is een voorbeeld te zien van een gedeelte van de vier getranscribeerde minuten, waarin de student aan de leerlingen van groep 6 uitlegt hoe je een breuk uitspreekt. Transcript 9.4 Rekeninstructie tijdens de nameting in groep 6 door student B 1 Student B Als je bijvoorbeeld iets moet gaan verdelen met vriendjes of vriendinnetjes, dan snij je dat, of die pannenkoek die we de vorige keer hadden verdeeld, snij je dat in stukken. 2 Student B Nou hoe noem je dan één stuk. 3 Student B Dat is wat we vandaag gaan leren. 4 Student B Hoe spreek je een breuk uit? 5 Student B Je spreekt deze breuk uit als drie achtste. 6 Student B Wat betekent dat dan? 7 Student B Dat streepje kun je eigenlijk een beetje vervangen door ‘van de’. 8 Student B Die twee woordjes: van de. 9 Student B Hier staat nu: drie van de acht. 10 Student B Dat betekent dat drie van de acht, daar is iets mee. 11 Student B Die zijn opgegeten, verkocht, gekleurd in dit geval. 12 Student B Dus het plaatje hiernaast zijn er drie van de acht, 13 Student B drie van de acht, 14 Student B drie achtste, 15 Student B is roze gekleurd. In dit fragment is te zien dat de student de strategieën ‘betekenis geven’ en ‘herformu- leren van eigen taalgebruik’ inzet. In regel 7 geeft de student betekenis aan het streepje in een breuk als ze zegt ‘Dat streepje kun je eigenlijk een beetje vervangen door “van de”’. ‘Herformuleren van eigen taalgebruik’ laat ze bijvoorbeeld zien in regel 14. In regel 13 zegt ze ‘drie van de acht’, wat ze vervolgens verbeterd herhaalt met ‘drie achtste’ in regel 14. Het ‘herhalen van correcte uiting van leerling’, wat ze in de voormeting erg veel deed, komt hier minder vaak terug. In het totale fragment deed ze dat nog drie keer tegenover dertien keer in de voormeting. Student B liet in de nameting 46 keer een strategie zien gericht op begrip, tegenover veertien keer in de voormeting en tien keer een strategie gericht op productie tegenover vijftien keer in de voormeting. In de nameting gebruikte student B alle zes de schooltaalstimulerende
Made with FlippingBook
RkJQdWJsaXNoZXIy ODAyMDc0