Nanke Dokter

De effectiviteit van de interventie 199 toetsing met doelen en activiteiten niet (volledig) zijn gerealiseerd. Als mogelijk gevolg hiervan was de betrokkenheid en participatie van studenten minder hoog dan gewenst. Door het uitvoeren van casestudies van individuele studenten hebben we meer inzicht gekregen in de effecten van de interventie: drie studenten doorliepen de interventie zoals was bedoeld en het leerproces van deze drie studenten werd nader onderzocht. Uit de casestudies blijkt dat het effect van de interventie bij de drie studenten ver- schilt. Twee studenten zijn door de interventie aangezet om zich nog meer te verdiepen in het toepassen van schooltaalstimulerende strategieën, een student deed dit niet. Zij gaf aan dat andere onderwerpen voorrang kregen en de aandacht voor de strategieën naar de achtergrond verdrongen. Toch was bij alle drie de studenten sprake van profes- sionele groei: bij studenten A en C was er sprake van blijvende veranderingen in meerdere domeinen van het model van integratieve professionele groei van Clarke en Hollingsworth (2002). Bij student B vonden ook veranderingen plaats, maar de change sequence was minder uitgebreid dan bij studenten A en C. Uit de uitspraken van student B bleek dat zij ook bepaalde blijvende veranderingen heeft ondergaan naar aanleiding van de interventie. De conclusie is daarom dat alle drie de studenten die de interventie hebben gevolgd zoals deze was bedoeld, tot professionele groei zijn gekomen naar aanleiding van de interventie. Hieruit kan worden geconcludeerd dat als meer studen- ten hadden gedaan wat de bedoeling was, er mogelijk een groter effect van de interven- tie was gevonden. Het onderzoeken van het effect van de interventie op de langere termijn laat zien dat het leerproces van studenten doorgaat. De behoefte om specifieke inhouden te leren ontstaat soms later in de opleiding en wordt dan door de studenten weer opgepakt. Dit betekent dat het effect van een interventie later pas zichtbaar wordt. 9

RkJQdWJsaXNoZXIy ODAyMDc0