Nanke Dokter

Slotbeschouwing 215 of expertleraren, wordt in de theorie genoemd als een belangrijk middel bij actief leren (Garet et al., 2001). De onveilige situatie ondermijnde dit. Op de momenten dat ze werkten in een kleinere en zelf gekozen, veilige groep werd door de studenten wel actief geleerd. Dit criterium had dus mogelijk beter tot zijn recht kunnen komen als het groepsklimaat vanaf het begin beter was geweest. Ook het criterium ‘coherentie’ kwam in de uitvoering van de interventie slechts gedeeltelijk naar voren. Enkele studenten gaven in hun evaluaties aan de samenhang tussen de interventie en de beroepstaak niet helemaal te begrijpen, terwijl anderen die samenhang juist heel duidelijk vonden. De inhouden van rekenen verbinden met het hanteren van schooltaalstimulerende strategieën was niet voor alle studenten eenvoudig. Een van de drie studenten die twee jaar na de interventie zijn geïnterviewd gaf aan, dat ze niet goed begreep wat de interventie te maken had met het thema dat op dat moment in de opleiding aan de orde was: voor haar was de interventie niet coherent met de opdracht die ze kreeg om cyclisch onderwijs te ontwerpen. Zij besloot pas na afloop van de interventie, naar aanleiding van het filmmateriaal van de nameting, zich er intensiever mee bezig te houden. Dat de implementatie van de ontwerpcriteria voor veel studenten niet voldeed, kan van invloed zijn geweest op de effecten van de interventie. De metingen van de kennis over schooltaal en schooltaalstimulerende strategieën, en de attitudemeting – die binnen het persoonlijke domein vallen – lieten geen significante verschillen zien tussen de experimentele groep en controlegroep. Er is dus geen sprake van een aantoonbaar effect van de interventie binnen het persoonlijke domein van de studenten. In het praktijkdomein werd wel een effect gevonden: studenten van de experimentele groep lieten een significant grotere variatie zien in het inzetten van schooltaalstimulerende strategieën tijdens de rekeninstructie dan studenten van de controlegroep. Dit resultaat moet echter voorzichtig worden geïnterpreteerd, omdat er slechts dertien studenten filmmateriaal aanleverden. In het domein van de consequenties werden geen aanwijzingen voor ervaren effecten gevonden in de evaluaties van de docent en de studenten. De docent gaf aan dat de studenten meer taalbewust leken te zijn tijdens de rekeninstructie. Studenten die aangaven meer betrokken te zijn bij het aanbod van de interventie en studenten die het aanbod hoger waardeerden, gaven vaker aan meer kennis over schooltaal en schooltaalstimulerende strategieën te hebben verworven. Hoge betrokkenheid bij de interventie hing ook samen met een hogere score op het inzien van het belang van het gebruik van schooltaalstimulerende strategieën, en hoge waardering voor de interventie hing samen met het beter weten hoe de strategieën in te zetten bij het begeleiden van de rekenles. De conclusie is dat er mogelijk sprake is van effecten van de interventie in het praktijkdomein (waarbij de resultaten gebaseerd zijn op slechts een beperkt aantal studenten) en in het domein van de consequenties, maar niet in het persoonlijke domein van de studenten. Doordat veel studenten om de hierboven genoemde redenen niet alle opdrachten in het onderwijsprogramma van de interventie hebben uitgevoerd zoals was beoogd, kan het beeld van de effectiviteit van de interventie vertekend zijn. Om beter inzicht te krijgen in de mogelijke effecten van de interventie is daarom onderzocht welk Sb

RkJQdWJsaXNoZXIy ODAyMDc0