Nanke Dokter

24 Stimuleren van schoolse taalvaardigheid bij rekenen 5) en een uiting van de leerling herformuleren naar een simpelere uiting of naar een uiting van hetzelfde niveau (strategie 6). Behalve naar hun gerichtheid op schooltaalbegrip of schooltaalproductie kunnen deze strategieën ook worden gecategoriseerd naar hun power up of power down karakter. Zoals hierboven werd beschreven is ‘verbeterd herhalen’ een power up strate- gie. ‘Hardopdenkend voordoen’, ‘vragen om preciezer te formuleren’ en ‘prikkelende opmerkingen maken’ zijn ook gericht op het veranderen van dagelijkse taal naar uitin- gen met meer schooltaalkenmerken en kunnen daarom worden beschouwd als power up . ‘Herformuleren’ is power down , net als de strategieën ‘betekenis geven’, ‘visualise- ren’ en ‘aanwijzingen geven’. Deze strategieën zijn gericht op het omzetten van uitin- gen met veel schooltaalkenmerken naar meer dagelijkse taal. Bij letterlijk herhalen is power up of power down niet aan de orde. Een overzicht van de twaalf schooltaalstimu- lerende strategieën waarin te zien is welke strategieën gericht zijn op het omzetten van schooltaal naar dagelijkse taal ( power down ) en welke strategieën gericht zijn op het veranderen van dagelijkse taal naar uitingen met meer schooltaalkenmerken ( power up ) is te vinden in Tabel 1.7. Tabel 1.7 Power down ( ▼ ) en power up ( ▲ ) gerichtheid van de schooltaalstimulerende strategieën Schooltaalstimulerende strategieën ▼ ▲ Strategieën gericht op schooltaalbegrip van leerlingen 13. 1 14. Hardopdenkend voordoen ( modeling ) + 15. 2 16. Betekenis geven (semantiseren) + 17. 3 18. Verbeterd herhalen van eigen taalgebruik ( recasting ) + 19. 4 20. Herhalen van eigen correct taalgebruik 21. 5 22. Herformuleren van eigen taalgebruik + 23. 6 24. Visualiseren + Strategieën gericht op schooltaalproductie door leerlingen 13. 1 14. Vragen om preciezer te formuleren + 15. 2 16. Aanwijzingen geven + 17. 3 18. Prikkelende opmerkingen maken + 19. 4 20. Verbeterd herhalen van uiting van leerling + 21. 5 22. Herhalen van correcte uiting van leerling 23. 6 24. Herformuleren van uiting van leerling + 1.4 Kenmerken van de leraar Een competente leraar weet hoe hij in de praktijk moet handelen. In de brochure Beoordelen van competenties wordt de lerarencompetentie gedefinieerd als ‘in een specifieke probleemsituatie complexe combinaties kunnen aanwenden van kennis, vaardigheden, attitudes en normen en waarden om een probleem te begrijpen en tot een oplossing te komen die voldoet aan de geldende kwaliteitsnormen’ (Straetmans & Sanders, 2001, pp. 9-10). Het gaat hierbij om een integratie van de leraarkenmerken kennis, vaardigheden en attitudes, en andere persoonlijke eigenschappen die ingezet worden bij specifieke, contextafhankelijke taken (Gonczi, 1994).

RkJQdWJsaXNoZXIy ODAyMDc0