Nanke Dokter
52 Stimuleren van schoolse taalvaardigheid bij rekenen gemiddeld werden ingezet tijdens de rekeninstructie bij de 52 gefilmde reken- instructies. Tabel 3.3 Aan de didactische werkvormen bestede tijd (gemiddeld percentage, standaarddeviatie en range; N=52) Didactische werkvorm Tijd SD Range Uitleg 20.46 16.43 0 – 60 Gesprek 15.08 14.44 0 – 68 Taakinstructie 32.10 17.90 0 – 67 Taakevaluatie 21.42 18.74 0 – 83 Organisatie 10.83 8.53 0 – 38 Gemiddeld werd de meeste tijd gespendeerd aan taakinstructie en de minste tijd aan organisatie . Over het algemeen werd ongeveer 36% van de tijd gebruikt voor gesprek en taakevaluatie , de twee didactische werkvormen die volgens de theorie en de experts de beste kansen geven voor het vertonen van schooltaalstimulerende strategieën, gericht op zowel schooltaalbegrip als schooltaalproductie. Van deze twee werkvormen biedt taakevaluatie volgens de experts de meeste kans voor het laten zien van schooltaal- stimulerende strategieën en deze werkvorm werd in 21% van de instructietijd gebruikt. Aan de andere kant viel bij het onderzoeken van het daadwerkelijke strategiegebruik van de leraren op dat tijdens taakevaluatie nauwelijks schooltaalstimulerende strate- gieën werden gebruikt. De werkvorm uitleg , waarbij veel kansen liggen en ook daad- werkelijk veel strategieën werden gezien voor het stimuleren van schooltaalbegrip, maar waarbij sprake was van minder gerichtheid op schooltaalproductie van de leerlingen, werd gemiddeld 20% van de tijd gebruikt. Voor taakinstructie , een didac- tische werkvorm die wel wat mogelijkheden biedt voor het vertonen van schooltaal- stimulerende strategieën gericht op begrip maar weinig voor strategieën gericht op het stimuleren van schooltaalproductie en waarin de leraren bovendien nauwelijks school- taalstimulerende strategieën lieten zien, werd 32% van de rekeninstructietijd gebruikt. Organisatie , de didactische werkvorm die volgens de experts de minste kansen biedt en waarin inderdaad bijna geen schooltaalstimulerende strategieën werden gevonden, vulde 11% van de instructietijd. De hoge standaarddeviaties en de range van de tijd die gebruikt werd in de verschillende rekenlessen betekenen dat de lessen veel variatie vertoonden; in sommige lessen werd bijvoorbeeld geen tijd besteed aan taakevaluatie of taakinstructie , terwijl in andere lessen juist de meeste tijd gebruikt werd voor deze didactische werkvormen. Om te achterhalen hoe leraren hun rekeninstructie inrichten en wat dat betekent voor de kansen die ze creëren voor het vertonen van schooltaalstimulerende strategieën, is een clusteranalyse uitgevoerd. De clusteranalyse is gebaseerd op het percentage tijd dat besteed werd aan de verschillende didactische werkvormen, gemiddeld gezien over de twee lessen van een leraar. Leraren in eenzelfde cluster lijken op elkaar in de manier waarop ze de didac- tische werkvormen inzetten in hun rekeninstructies. Op het hoogste niveau van de
Made with FlippingBook
RkJQdWJsaXNoZXIy ODAyMDc0