Nanke Dokter

Schooltaalontwikkeling stimuleren 67 Transcripten van acht minuten rekeninstructie (vier minuten uitleg en vier minuten gesprek ) werden gecodeerd aan de hand van het codeerprotocol ‘schooltaal stimu- leren’. Het aantal keren dat een leraar een bepaalde strategie liet zien, werd genoteerd en het gemiddelde strategiegebruik van alle leraren samen werd vastgesteld. In Tabel 4.6 is te zien hoe vaak de twaalf schooltaalstimulerende strategieën gemiddeld voor- kwamen tijdens de vier minuten uitleg en de vier minuten gesprek. Tabel 4.6 Gemiddeld aantal keren voorkomen, standaarddeviatie en range van de schooltaal- stimulerende strategieën per vier minuten gesprek en vier minuten uitleg Schooltaalstimulerende strategieën Gem. score in uitleg SD Range Gem. score in gesprek SD Range Gericht op schooltaalbegrip van leerlingen (N=25) 1 Hardopdenkend voordoen 1.28 1.54 0 – 5 1.24 1.64 0 – 6 2 Betekenis geven 1.40 2.06 0 – 9 1.00 1.16 0 – 4 3 Verbeterd herhalen van eigen taalgebruik 1.92 1.55 0 – 6 2.20 1.35 0 – 6 4 Herhalen van eigen correct taalgebruik 2.28 2.72 0 – 11 1.68 1.82 0 – 6 5 Herformuleren van eigen taalgebruik 2.60 1.68 0 – 6 2.64 1.93 0 – 8 6 Visualiseren 3.32 2.67 0 – 9 1.88 1.97 0 – 8 Totaal begrip 12.80 6.36 5 – 34 10.64 3.48 3 – 16 Gericht op schootaalproductie van leerlingen (N=25) 1 Vragen preciezer te formuleren 1.20 1.83 0 – 8 4.04 3.58 0 – 14 2 Aanwijzingen geven 1.16 1.52 0 – 7 0.76 0.88 0 – 3 3 Prikkelende opmerkingen maken 0.12 0.33 0 – 1 0.36 0.64 0 – 2 4 Verbeterd herhalen van uiting van leerling 1.04 1.24 0 – 4 2.04 1.40 0 – 5 5 Herhalen van correcte uiting van leerling 2.56 2.45 0 – 9 4.36 2.18 2 – 9 6 Herformuleren van uiting van leerling 0.20 0.50 0 – 2 0.56 0.77 0 – 2 Totaal productie 6.28 5.08 0 – 23 12.12 6.36 3 – 30 Binnen de didactische werkvorm uitleg waren de meeste strategieën gericht op school- taalbegrip van de leerlingen. Het meest gebruikt werden de strategieën ‘visualiseren’ (gemiddeld 3.32 keer) en ‘herformuleren van eigen taalgebruik’ (2.6 keer). Uit Figuur 4.1 bleek dat deze twee strategieën tevens door het hoogste percentage leraren werden gebruikt. Het minst werden de strategieën ‘prikkelende opmerkingen maken’ (ge- middeld 0.12 keer) en ‘herformuleren van uiting van leerling’ (0.2 keer) gebruikt. Deze strategieën werden door het kleinste percentage leraren gebruikt (zie Figuur 4.1). Binnen de didactische werkvorm gesprek waren gemiddeld meer strategieën gericht op schooltaalproductie dan op schooltaalbegrip van de leerlingen. Hierbij werden de strategieën ‘herhalen van correcte uiting van leerling’ (gemiddeld 4.36 keer) en ‘vragen preciezer te formuleren’ (4.04 keer) het meest gebruikt door de leraren. In Figuur 4.1 4

RkJQdWJsaXNoZXIy ODAyMDc0