Nanke Dokter

94 Stimuleren van schoolse taalvaardigheid bij rekenen Leraar C lijkt zich bewust te zijn van de moeilijkheid van het begrip spiegelen voor de leerlingen. Ze benoemt in korte zinnen het doel van de les maar geeft geen definitie. Ze zegt dat de leerlingen gaan ontdekken wat het is; ze gebruikt daarbij de strategie ‘aanwijzingen geven’ door te verwijzen naar het woordje spiegel (regel 6). In dit voor- beeld komen de leerlingen niet aan het woord. Om te onderzoeken of eenzelfde lesinhoud aanleiding geeft tot hetzelfde taal- aanbod, zijn de schooltaalkenmerken van deze drie leraren uit de getranscribeerde data in een overzicht geplaatst (Tabel 5.8). Tabel 5.8 Schooltaalaanbod van drie leraren (A, B en C) die instructie geven over dezelfde lesinhoud (gemiddelde in vier minuten per werkvorm uitleg of gesprek ) Uitleg Gesprek Schooltaalkenmerken aanbod Leraar A Leraar B Leraar C Leraar A Leraar B Leraar C Lexicale diversiteit 3.19 2.13 2.28 2.54 2.14 2.17 Lexicale complexiteit .11 .05 .07 .10 .09 .08 Lexicale specificiteit .27 .18 .22 .19 .20 .20 Grammaticale complexiteit .11 .13 .09 .12 .11 .17 Tekstuele complexiteit .25 .32 .09 .12 .12 .08 De schooltaalkenmerken in het taalaanbod van de leraren laten zien dat ook bij een- zelfde lesinhoud, het schooltaalaanbod kan variëren. Dit was eerder ook zichtbaar bij de Transcripten 4.1 en 4.2. Leraar A gebruikt een grotere lexicale diversiteit bij zowel uitleg als gesprek dan de andere leraren. Leraar C scoort beduidend lager dan de andere twee leraren op tekstuele complexiteit, voornamelijk bij uitleg (.09 naast .25 en .32). Gezien het beperkte gebruik van de schooltaalkenmerken zou leraar C minder strategieën gericht op begrip hoeven te gebruiken dan leraar A. De vraag is daarom of dit schooltaalaanbod ook wordt weerspiegeld in de strategieën die de leraren inzetten. Een overzicht van het aantal gebruikte schooltaalstimulerende strategieën per vier minuten uitleg of gesprek van deze drie leraren staat in Tabel 5.9.

RkJQdWJsaXNoZXIy ODAyMDc0