Sonja Graafstal en Carine Heijligers

163 DEELNEMERS EN PROCEDURE beperking die varieerde van licht tot ernstig. Daarnaast kwam de diagnose autisme vier keer voor, reactieve hechtingsstoornis drie keer, ADHD twee keer en selectief mutisme en ODD ieder een keer. Een van de hulpvragers woonde in een pleeggezin, drie verbleven op een woongroep van een residentiële instelling en de resterende hulpvragers woonden thuis (zie Tabel 2a.2). Tabel 2a.2 Overzicht van de Hulpvragers Casus Gender Leeftijd DSM-diagnose* Leefsituatie 3a Vrouw 7 Reactieve Hechtingstoornis /ADHD Pleeggezin 3b en 3c Man 21 MEVB/Autisme Biologisch gezin 3d Man 14 LVB/Reactieve hechtingsstoornis Biologisch gezin 3e Man 16 MEVB/Autisme Woongroep 3f Vrouw 10 LVB/Selectief mutisme Biologisch gezin 3g Man 28 EVB/Autisme Woongroep 3h Man 12 LVB/ODD/ADHD/Reactieve hechtingsstoornis Woongroep 3i 2 Vrouw + 1 Man 12-14 Geen officiële diagnoses bekend Dagbehandeling Noot. LVB = licht verstandelijke beperking; MEVB = matig tot ernstige verstandelijke beperking; EVB = ernstige verstandelijke beperking; ODD = oppositional defiant disorder (Nederlands: oppositionele opstandige stoornis). Procedure Hulpverleningstrajecten Nadat duidelijk werd dat een (quasi)experimentele opzet met een vergelijking tussen experimentele en controlegroepen geen haalbare kaart was zijn we overgegaan op individuele casussen (zie hoofdstuk 4b voor een toelichting hierop). Zeven van de tien casussen werden betrokken in het onderzoek via stichting Koraal, locatie ‘De La Salle’, een instelling voor jongeren met een verstandelijke beperking en gedragsproblemen. De andere drie waren afkomstig van twee andere instellingen. Voor aanvang van de behandeling werd aan de instelling en de ouders gevraagd of het filmmateriaal gebruikt mocht worden voor onderzoek. Voor alle casussen is toestemming verkregen en deze zijn opgenomen in het onderzoek. Naast deze negen individuele casussen, heeft de dagelijkse praktijk in instellingen voor jongeren met gedragsproblemen ook te maken met leefgroepen en kinderen die op een dagbehandeling zitten. Bij twee casussen was de hulpverlening al gestart voordat het onderzoek begon en vormde dit het beginpunt van de metingen. In alle andere gevallen was de start van het onderzoek ook de start van de behandeling. 2A

RkJQdWJsaXNoZXIy MTk4NDMw