Sonja Graafstal en Carine Heijligers

187 DATA-ANALYSE Joey is inmiddels 11 jaar en is nog zelden thuis. Hij brengt zijn tijd vooral door op straat. Op een dag belt de politie aan. ‘Kunnen we even binnenkomen’, vraagt de agent en steekt van wal: ‘Uw zoon heeft samen met een vriendje de schommels in de speeltuin in brand gestoken.’ Marja vliegt op, ‘verrekte rotjong’ en zo strak als ze maar kan wijst ze hem met heel haar lijf en gescheld de weg naar zijn kamer. ‘Ho, ho!’ zegt de agent, ‘ik heb hem voor het verhaal nog even nodig’, waarna de agent vragen aan Joey gaat stellen. Het verhaal van Joey is duidelijk: ‘Mijn moeder is er nooit, ze scheldt altijd op mij, ik moet me aan stomme regels houden, ik moet op mijn zusje passen, op school krijg ik het vaakst straf van heel de klas, mijn vader zie ik nooit en met mijn vriendjes maak ik lol.’ ‘Jongens van jouw leeftijd gaan voetballen, maar toch geen fikkie steken in de speeltuin?’ zegt de agent. Joey glimlacht, ‘het was best leuk hoor’. De agent kijkt hem strak aan en vervolgt zijn preek ‘en levensgevaarlijk en er is heel veel schade, wie gaat dat betalen?’ Weer glimlacht Joey, ‘ik niet want ik heb geen geld, dat maakt de gemeente toch weer’. Ondanks de intensieve gezinsbegeleiding van Esther verslechtert de situatie in het gezin van Marja. Esther stelt voor om Joey tijdelijk uit huis te plaatsen. Hoewel het Marja verdriet doet, lucht deze gedachte haar ook op. Ze hoopt dat Joey er goede hulp krijgt en dat zij meer tijd kan besteden aan Ashley. Inleiding In dit hoofdstuk bespreken we de methode die is toegepast om de data wetenschappelijk te analyseren en te interpreteren. Het doel hiervan is om zowel het werkingsmechanisme dat geldig is in alle casussen aannemelijk te maken, het proces van de hulpverlening te volgen en de uniciteit van elk onderzochte dyade weer te geven. We hebben hiervoor gebruik gemaakt van verschillende tijdserievariabelen afhankelijk van wat er in die specifieke relatie voorhanden was en wat het aangrijpingspunt voor de hulpverlening is geweest. Zo is voor de casus van hoofdstuk 3f de kijkrichting de meest geschikte variabele gebleken en in hoofdstuk 3g het spreekgedrag van beide personen. In de paragraaf ‘Tijdserievariabelen’ bespreken we de voorkomende variabelen uit onze casussen. De verkregen tijdseries zijn geanalyseerd met de wiskundige techniek ‘Recurrence Quantification Analysis’ (Dale & Spivey, 2006; Marwan et al., 2007; Webber & Zbilut, 2005). We staan in een aparte paragraaf uitgebreid stil bij deze analysetechniek en zullen tevens een stapsgewijze uitleg geven. Ten slotte is ook de gesproken taal die in sommige casussen werd gebruikt geanalyseerd met behulp van de Initiative Response methode van Linell et al. (1988). Deze techniek is gebaseerd op de wijze waarop uitspraken elkaar in de tijd opvolgen en kunnen daarom ook als tijdserie geanalyseerd worden. In ons geval beperken we de analyse van deze tijdseries tot het bepalen van de verandering van de dominantie en de asymmetrie van de twee interactiepartners gedurende het verloop van de sessies. 2C

RkJQdWJsaXNoZXIy MTk4NDMw