Sonja Graafstal en Carine Heijligers

202 2C de tijd naar elkaar kijken. Met behulp van videomateriaal wordt de hoofdrichting van beiden55 gecodeerd gedurende een bepaald tijdsinterval. Een voorbeeld hiervan is te zien in Afbeelding 2c.16, waar fictieve tijdseries van ouder en kind zijn weergegeven voor de variabele hoofdrichting. De gebruikte codes zijn A = hoofdrichting ‘Ander’, O = hoofdrichting ‘Omgeving’. Deze afbeelding laat zien dat op de tijdstippen 4, 9, 10 en 17 ouder en kind tegelijkertijd naar elkaar kijken. Vervolgens kan deze informatie ook in een recurrence plot (RP) weergeven, waarbij de momenten waarop ze naar elkaar kijken ‘A’ als recurrerend worden beschouwd. Daarnaast kunnen ook de momenten waarop ze beiden naar de omgeving ‘O’ kijken als recurrerend beschouwd worden, zie Afbeelding 2c.17. In de RP staan op de lijn van synchronisatie (LOS de rode lijn) de vier punten genoteerd ofwel momenten waarop ouder en kind op exact hetzelfde moment naar elkaar ‘A’ kijken en de zeven punten waarop zij tegelijkertijd naar de omgeving ‘O’ kijken. Afbeelding 2c.16 Tijdserie Hoofdrichting Ouder en Kind Tijdseries ouder en kind Tijdstip 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 Hoofdrichting Ouder O O O A O A O O A A O O O O O O A A Hoofdrichting Kind O A A A O O A A A A O O A O O O A O Synchronie ‘kijken ander’ X X X X Noot. A=Ander, O=Omgeving. De X is geplaatst in de cellen waar tegelijkertijd naar elkaar gekeken wordt. 55 De meest ideale manier om dit te doen is via een Eye-tracking device. Maar aangezien onze data vooral bestaan uit video-opnames in naturalistische situaties, hebben wij handmatig hoofdrichting gecodeerd als zijnde een indicatie voor ‘kijken’. De output wordt hierdoor een tijdserie van categorische data in plaats van continue data, zoals bij eye-tracking het geval zou zijn. De wijze van analyseren blijft echter gelijk.

RkJQdWJsaXNoZXIy MTk4NDMw