284 3D ouders en hulpgevers een grote inspanning om in de omgang tegelijkertijd recht te doen aan de sociaalemotionele ontwikkelingsleeftijd, de cognitieve vermogens en de kalenderleeftijd van een jongere of hulpvrager. Casus Levi en Gerda Probleemstelling Gezinssituatie Levi is geboren in 1998 en is bij aanvang van de hulpverlening 14 jaar oud. Hij is de oudste zoon uit een gezin van vier kinderen. Zijn drie zusjes zijn bij aanvang respectievelijk 12, 10 en 3 jaar oud. Zijn moeder is huisvrouw en zijn vader heeft een timmerbedrijf. Naast het ouderlijk gezin is ook het gezin van oom en tante (zus van moeder) belangrijk. In dit gezin wonen twee nichtjes van 21 jaar. Allen zijn zeer betrokken bij en begaan met het gezin van Levi en bieden ondersteuning wanneer nodig. Alle gezins- en familieleden hebben de Nederlandse nationaliteit. Het gezin woont in een vrijstaand huis met een tuin in een rustig dorp. DSM-diagnose Een intelligentietest in de vroege jeugd van Levi geeft aanleiding om de diagnose licht verstandelijk beperking vast te stellen. In 2013 is de diagnose ‘reactieve hechtingsstoornis’ gesteld. Gedragsbeschrijving Het hulpverleningstraject en het onderzoek dat in deze casus centraal staat, speelt zich af tijdens de eerste twee jaar van het praktijkonderwijs. Voorafgaand aan dit traject is via MEE al eerder hulpverlening geboden, dit is beëindigd bij de overgang van de lagere school naar het praktijkonderwijs. In die periode heeft de hulpverlening zich geconcentreerd rondom de leerachterstand van Levi en de gedragsproblemen die waren ontstaan op het speciaal onderwijs. Deze bleken onder andere verband te houden met seksueel misbruik door klasgenoten. Op advies van de GGZ is ambulante hulpverlening ingezet vanuit een instelling die gespecialiseerd is in hulpverlening voor jongeren met een licht verstandelijke beperking en ernstig probleemgedrag. De toegewezen ambulant hulpgever werd Gerda, die volgens de methode Beweging-als-houvast aan het werk ging. Zie voor een meer volledig beeld van de gezinssituatie en het ontstaan van problemen in de vroege moeder-zoon relatie de gezinsanamnese in Bijlage A. Na twee jaar zijn de gedragsproblemen van Levi afgenomen en de overstap van het speciaal basisonderwijs naar het praktijkonderwijs verloopt soepel. Er wordt besloten dat de hulpverlening beëindigd kan worden. Na zes maanden ontstaan er echter opnieuw gedragsproblemen in de thuissituatie. Levi luistert niet naar zijn ouders en gaat volledig zijn eigen gang. Hij verzorgt zichzelf niet goed, heeft boze buien en is agressief zo geven zijn ouders aan. Hij maakt ruzie met zijn zusjes en vernielt zowel hun
RkJQdWJsaXNoZXIy MTk4NDMw