Sonja Graafstal en Carine Heijligers

323 ZACK - JOHN Afbeelding 3e.3 Maximale Duur in Seconden van de Coördinatie gebaseerd op CRQA van de MEA Tijdseries van Alle Meetmomenten Lagprofiles Een andere manier om naar het patroon van volgen en leiden te kijken is door gebruik te maken van Lagprofiles, te zien in de Afbeeldingen 3e.4 en 3e.5. Het verschil met de Lagprofiles en de analyses die we zojuist bij de Afbeeldingen 3e.1 – 3e.3 gezien hebben, is dat het bij Lagprofiles gaat om synchronie en beurtwisseling binnen een bepaald tijdraam. CRQA geeft een berekening van de totale filmopname. Het volggedrag in Afbeelding 3e.4 wordt weergegeven binnen een tijdraam van 2 minuten en 40 seconden rondom de lijn van synchronisatie (LOS). Afbeelding 3e.5 geeft eveneens dit patroon weer, maar dan binnen een tijdraam van 60 seconden. De grafieken 1-6 betreffen het eerste jaar van de hulpverlening en de grafieken 7-9 de tweede periode van de interventie. Aan de vorm van de patronen is te zien wie er leidt en wie volgt. Ligt de piek van de grafiek links van de LOS, dan leidt hulpvrager Zack en volgt hulpgever John zijn bewegingsintensiteit. Ligt de piek rechts van de LOS, dan leidt hulpgever John en is hulpvrager Zack degene die de bewegingsintensiteit van John volgt. Is er een piek te zien aan beide kanten van de LOS, dan is er sprake van beurtwisseling. De afstand van de piek tot de LOS geeft in seconden of minuten weer hoelang het gemiddeld duurt voordat de een de ander volgt. Een piek dichterbij of op de LOS, betekent een snelle of gelijktijdige opeenvolging van elkaars bewegingsintensiteit. Om vast te stellen of er sprake is van een gecoördineerde structuur wordt de oorspronkelijke tijdserie vergeleken met een geshuffelde tijdserie. De geshuffelde tijdserie wordt in de grafiek weergegeven met een rode lijn, die de bandbreedte aangeeft waarbinnen de structuur op toeval berust. Als de oorspronkelijke tijdserie niet samenvalt met de rode lijn dan is er sprake van een gecoördineerde structuur, 3E

RkJQdWJsaXNoZXIy MTk4NDMw