Sonja Graafstal en Carine Heijligers

367 RENS - EMMA Vanaf een jaar of zeven laat Rens een geleidelijke terugval in zijn ontwikkeling zien. Zijn sociale ontwikkeling stagneert. Eenmaal volwassen kan hij urenlang in dezelfde houding aan tafel zitten, zonder contact te maken met anderen. Evenmin toont hij initiatieven om iets te ondernemen. Voor de groepsleiding is het moeilijk om hem te stimuleren deel te nemen aan een activiteit. Daarnaast vertoont Rens een grote mate van onrust. Dit uit zich in gillen, handen bijten, slaan op muren, tafels of begeleiders en stereotype gedragingen zoals heen en weer wiegen, door de ruimte lopen en hyperventileren. Men vermoedt dat de onrust van Rens bepaald wordt door de sfeer op de groep, te veel prikkels of door fysieke pijn. Het grootste probleem van de begeleiders is de onvoorspelbaarheid van Rens. Hij kan plotseling opspringen, gaan gillen en slaan en dit gedrag gecombineerd met zijn grootte en fysieke kracht leidt bij de begeleiders soms tot angst. Om die reden wordt hij meestal met rust gelaten. Deze situatie wordt als onwenselijk ervaren. Men gunt Rens en de begeleiders plezierige interacties en het vermogen om zelf in staat te zijn het contact met de ander te initiëren, te volgen of te beëindigen. Vanuit dit perspectief wordt de methode Beweging-als-houvast aangevraagd en ingezet. Gedragsanalyse Hulpgever Emma Emma is een 21-jarige vrouw en derde jaarstudent orthopedagogiek. Tijdens de bacheloropleiding Pedagogische Wetenschappen heeft Emma kennis gemaakt met de methode Beweging-als-houvast en geleerd de principes van de methode toe te passen in een hulpverleningstraject met een hulpvrager. We zullen Rens en Emma volgen vanaf hun eerste ontmoeting. Dit vormt de basis voor een hulpverleningstraject van zes maanden waarbinnen 18 ontmoetingen plaatsvonden. Voormeting Om een analyse te kunnen maken van de bewegingen van Rens in relatie tot Emma is een video-analyse gemaakt van hun eerste ontmoeting. Het filmfragment duurt in totaal 10 minuten en hiervan is anderhalve minuut gebruikt voor de analyse, zie Bijlage A. We onderzoeken welk interactiepatroon zichtbaar is door te observeren welke van de drie mogelijkheden voorkomen: a) een persoon is in staat om initiatief te nemen in het leggen van contact met een ander; b) een persoon is in staat om initiatief te nemen om uit contact te gaan met de ander; c) een persoon is in staat om een ander te volgen. In het fragment is het volgende te zien: Rens en Emma zitten naast elkaar aan de lange zijde van een tafel op ongeveer een meter afstand van elkaar. Hun stoelen staan iets schuin. Rens zit recht voor de tafel met zijn armen op de tafel en hij kijkt voor zich uit. Emma heeft haar romp schuin richting Rens gedraaid en kijkt naar hem. Rens tikt met de vingers van beide handen op het tafelblad. Vervolgens tikt Emma ook met haar vingers op het tafelblad, stopt 3G

RkJQdWJsaXNoZXIy MTk4NDMw