Sonja Graafstal en Carine Heijligers

504 5A Stoornissen en Beweging-als-houvast Reactieve hechtingsstoornis DSM-5 beschrijving In de DSM-IV (APA, 1994) werd alleen de reactieve hechtingstoornis onderscheiden. In de DSM-5 wordt naast de reactieve hechtingsstoornis een tweede variant onderscheiden, namelijk, de ontremd-sociaalcontactstoornis. Deze vormen beiden onderdeel van de hoofdcategorie ‘Psychotrauma en stressor-gerelateerde stoornissen’. We noemen eerst drie classificatiecriteria die voor beiden gelden en daarna de specifieke criteria voor de twee onderscheiden vormen van de hechtingsstoornis. 1 Onvoldoende adequate zorg ontvangen Er is sprake van sociale verwaarlozing in de vorm van een voortdurend gebrek aan basale emotionele behoeftebevrediging, waaronder troost, stimulans en affectie door volwassen verzorgers. Primaire verzorgers wisselen elkaar geregeld af waardoor de mogelijkheid om een stabiele hechting te vormen beperkt wordt. Opvoeding in een instituut kan de vorming van een unieke gehechtheidsrelatie sterk hinderen, vanwege de hoge hulpvrager-verzorger ratio. 2 Oorzaak van het gedrag Het gedrag, de hechtingsproblemen, moet terug te voeren zijn op de ongunstige omstandigheden waarin de hulpvrager is opgegroeid en dus zijn ontstaan als gevolg van die omstandigheden. 3 Ontstaansgeschiedenis Het gedrag van de hulpvrager dat gekenmerkt wordt door hechtingsproblemen moet zich voor het vijfde levensjaar geopenbaard hebben. Bovendien moet de hulpvrager een ontwikkelingsleeftijd hebben van ten minste 9 maanden. Het reactieve type kenmerkt zich daarnaast nog door: a) Geïnhibeerd en sociaal teruggetrokken gedrag De hulpvrager zoekt zelden of zeer beperkt troost wanneer het angstig, nerveus of anderszins onder stress staat. Bovendien reageert de hulpvrager nauwelijks op de geboden troost. b) Persistente verstoringen in het sociaal-emotionele functioneren Er is sprake van minimale sociale en emotionele responsiviteit, beperkt positief affect en perioden van onverklaarbare irritatie, verdriet of angst, die ook aanwezig zijn als interacties met volwassenen die niet bedreigend zijn; ze hebben nogal eens een verstoorde emotieregulatie.

RkJQdWJsaXNoZXIy MTk4NDMw