Sonja Graafstal en Carine Heijligers

580 5C De EBL-cursussen werden vooral bezocht door hbo-opgeleiden die direct met hulpvragers werkten. Orthopedagogen, in meerderheid de behandelverantwoordelijken van de hulpvragers, hadden nauwelijks zicht op de methode Dit maakte het gesprek tussen de uitvoerders en de behandelverantwoordelijken er niet eenvoudiger op, temeer omdat de orthopedagogen de taal van EBL niet spraken. In 2007 deed de eerste bachelorstudente Pedagogische Wetenschappen van de Radboud Universiteit op basis van de principes van EBL een klinisch practicum; een tweede studente volgde in het jaar 2008. Vanaf 2009 werd de eerste officiële cursus aangeboden waaraan drie studenten deelnamen. Vanaf dat moment is binnen het onderdeel klinische vaardigheden van het bachelorprogramma Pedagogische Wetenschappen altijd een vorm van Beweging-als-houvast aangeboden. In de daaropvolgende jaren is de cursus voortdurend aangepast op basis van nieuwe inzichten en feedback van deelnemers. Een belangrijke ervaring die tot verbetering van de cursussen aanleiding gaf was, dat de adviezen die werden gegeven door de deskundige (i.e., Carine Heijligers) aanvankelijk moeilijk overdraagbaar waren. De taal die gesproken werd ontbeerde een objectieve beschrijving die anderen konden herkennen, zodat ook zij in staat waren om de principes achter het succes uit te leggen. Bestudering van vele uren video-opnames van interacties tussen hulpvragers en hulpgevers en gesprekken met wetenschappelijk onderlegde medewerkers van de afdeling Pedagogische Wetenschappen hebben geleid tot aanpassingen binnen het practicum waardoor een gezamenlijke taal is ontstaan die concreet genoeg was om niet alleen de hulpgever heldere handvatten te geven, maar ook om het werkingsmechanisme onderzoekbaar te maken. Anno 2023 is het een goedlopend keuzevak voor derdejaars bachelorstudenten pedagogische wetenschappen en nemen gemiddeld 50 studenten jaarlijks deel aan deze cursus. Daarnaast is er in 2021 een masterspecialisatie gestart onder de noemer ‘Relationele ontwikkeling’. Deze heeft als doel om aanstaande orthopedagogen diepgaande kennis en vaardigheden aan te bieden over een manier van hulpverlening die uitgaat van het belang van de relatie tussen ouder en kind en hulpgever en hulpvrager. De inzichten die zijn opgedaan uit de vele ouder-kind studies, vormen de basis voor deze master. Het is te danken aan de verwevenheid van onderwijs, onderzoek en de praktijk van de hulpverlening dat de methode zich heeft doorontwikkeld tot een effectief gebleken behandeling en tot hoogwaardig onderwijs voor aankomende orthopedagogen. Heden Beweging-als-houvast wordt inmiddels op diverse plaatsen en aan verschillende groepen onderwezen. Een stabiel, maar tot nu toe wel een beperkt aantal docenten is inmiddels dermate deskundig dat zij onafhankelijk van de grondlegster hulpgevers kunnen opleiden om te werken volgens de principes van Beweging-als-houvast. Hieruit zijn de volgende initiatieven ontstaan. We willen hier nog opmerken dat er soms

RkJQdWJsaXNoZXIy MTk4NDMw