Sonja Graafstal en Carine Heijligers

594 EP I LOOG maar ook in complexere vormen van interactie. Wij geloven dat de psychologische basisbehoeften van ieder mens niet alleen van toepassing zijn op het individu. Het zoeken naar een balans tussen ‘verbinding’ en ‘autonomie’ is eveneens van belang in processen die zich op maatschappelijk of politiek niveau afspelen of zelfs op kosmisch niveau volgens Paul Verhaeghe (2022). Een overheid die eenzijdig haar wil oplegt aan haar burgers, zonder eerst verbinding te leggen met de situatie en behoeften van de burgers, krijgt met protesten te maken omdat mensen zich niet gehoord voelen, zo leerde ons het conflict tussen boeren en overheid in 2022. Vanuit verbinding ontstaat de mogelijkheid om met elkaar mee te bewegen. Deze processen zijn naar ons idee ook van toepassing in het denken over de hulpverlening in algemene zin. Hoe zou hulpverlening er idealiter uit moeten zien? De letterlijke en fysieke beweging tussen verbinding en autonomie waarop communicatie gebaseerd is, gaat over het ontwikkelen van wederkerigheid. Deze wederkerigheid ontbrak in de discussie tussen de boeren en overheid. Het ontwikkelen van wederkerigheid vraagt om een relationele manier van denken over en kijken naar de ander. Een manier waarin ruimte is voor de autonomie van ieder en dat gebaseerd is op verbinding met de ander. Een manier van kijken waarin de medemens niet slechts een ander persoon is, maar de Ander met hoofdletter A, zoals de filosoof Levinas ons voorhoudt. De Ander die in al zijn kwetsbaarheid een appel doet op onze verantwoordelijkheid, niet als object voor onze zorg of hulpverlening, maar als subject, een persoon, een medemens, de Ander (Simon, 2013). De huidige stand van zaken in de hulpverlening is schrijnend, zowel in de jeugdzorg als in de volwassenenzorg. Journalist Lynn Berger (2022) spreekt van een dreigende ‘zorginfarct’. Een groeiende vraag om zorg en hulpverlening, terwijl de wachtlijsten te lang zijn, instellingen en verpleeghuizen vol en personeel te weinig. Dit laatste heeft ook zijn weerslag op reguliere opvang zoals kinderdagverblijven en crèches. Het gevaar dreigt dat door personeelsgebrek, de groeiende vraag om hulp of opvang en de toename van bureaucratische verantwoording, medewerkers meer werk moeten verzetten in minder tijd en de Ander uit het zicht verdwijnt en verwordt tot een object waaraan hulp moet worden gedaan. Hiermee is niets ten nadele gezegd van de vele hardwerkende, liefdevolle en goedwillende hulp- en zorggevers op tal van plekken in het land. Het is eerder bedoeld als een reflectie op de manier waarop hulpverlening is georganiseerd. Kan het ook anders? Minder taakgericht, meer de mens centraal? Ja, gelukkig kan het anders! Zonder de pretentie te hebben volledig te zijn geven we enkele voorbeelden van een bredere beweging waarin aandacht is voor verbinding en autonomie in zorg en onderwijs. De presentiebenadering (en geen methode!), opgericht door theoloog en filosoof Andries Baart heeft ‘present zijn’, ‘aanwezig zijn’ en ‘relationeel werken ‘als uitgangspunt geformuleerd: “Je kunt er niet vóór iemand zijn, als

RkJQdWJsaXNoZXIy MTk4NDMw