Luppo Kuillman

Summary in Dutch 145 7 In hoofdstuk 5 werd een indicator van (on)ethisch gedrag geïntroduceerd middels het construct van zwichten voor druk (“Yielding to Pressure”). Het voornaamste doel was het valideren van de voorspellende waarden van respectievelijk de MSQ-DELIB- en MSQ-PATER-schalen richting het zwichten voor druk, waarbij dit laatste een proxy is voor (on)ethisch handelen. De belangrijkste bevinding in deze studie is dat een moreel deliberatieve houding invloed heeft op demate waarin zorgverleners toegeven aan druk uitgevoerd door patiënten. De? richting van die invloed hing echter af van het specifieke gedragsscenario dat hen in het onderzoek werd n voorgelegd. In een scenario waarin het ging om een direct professional-patiënt interactie, verhoogde morele deliberatie de mate waarin men zwichtte voor druk. In een scenario waarin het ging om het handelen op druk uitgeoefend door collega’s inzake het moeten handelen op een patiënten-probleem, verlaagde morele deliberatie juist de mate waarin men zwichtte voor druk. Een verklaring voor deze post-hoc bevinding zou in een vervolgstudie moeten worden onderzocht. Echter, met de MSQ-DELIB is er een nieuwe indicator van morele sensitiviteit c.q. moreel bewustzijn toegevoegd aan het internationale aanbod van literatuur over bruikbare indicatoren binnen het FCM. Het hebben van een ogenschijnlijk morele eigenschap, namelijk in sommige gevallen de druk van de patiënt, kan juist ook leiden tot het overtreden van de morele regels. 7.3 Conclusie De uitkomsten van de diverse studies die ik heb verricht in het kader van mijn promotieonderzoek hebben, zoals ik deze heb samengevat in Chapter 6, duidelijk praktische implicaties. De uitkomsten kunnen tot op zekere hoogte invloed hebben op de opleidingsinhouden van zowel de Master Physician Assistant alsook op die van de Master Advanced Nursing Practice. Op zijn minst, en in alle bescheidenheid, kan worden gezegd dat er een begin is gemaakt met het onderzoeken van delen van het ethische besluitvormingsproces onder PA’s en NP’s. Verdere evaluaties en discussies over deze belangrijke en niet te verwaarlozen onderwerpen in het gezondheidsonderwijs zijn in mijn beleving al een zeer belangrijke verdienste van dit promotieonderzoek. In zijn algemeenheid mag worden geconcludeerd dat ik de gestelde onderzoeksdoelen die de basis vormden van dit huidige promotieonderzoek heb geadresseerd. Daarbij heb ik alle instrumenten kunnen identificeren als valide indicatoren van de constructen voor “morele gevoeligheid”, “moreel redeneren”, “morele motivatie”, “moreel karakter en implementatie”, naast ook die voor “morele ontkoppeling “en” waargenomen gedragscontrole gericht op het voorkomen van

RkJQdWJsaXNoZXIy ODAyMDc0