Flipbook

SAMENVATTING 218 gevaarverwachting voor C was afgenomen, gebruikten alle participanten het veiligheidsgedrag. Hierdoor nam de gevaarverwachting voor C toe toen de mogelijkheid om veiligheidsgedrag te gebruiken vervolgens weer verdween. Deze bevindingen suggereren dat veiligheidsgedrag resistent is tegen extinctie: het dooft niet uit als de gevaarverwachting afneemt. Daarnaast kan het leiden tot een terugkeer van angst na extinctie. Het is daarom mogelijk dat veiligheidsgedrag een rol speelt bij terugval na exposure therapie. Alhoewel het meeste veiligheidsgedrag gericht is op vermijding, is er ook veiligheidsgedrag dat toenaderingsgedrag bevordert. Een voorbeeld hiervan is het gebruik van beschermende kleding, zoals handschoenen, een schort en bril tijdens exposure therapie voor spinnenangst. Dit veiligheigsgedrag kan ervoor zorgen dat patiënten meer toenadering durven te vertonen naar een spin, waardoor ze correctieve leerervaringen opdoen en er extinctie kan optreden. Naast het bevorderen van extinctie is toenaderingsgedrag geassocieerd met positieve beoordelingen en met de perceptie van veiligheid. In hoofdstuk 6 en 7 hebben we daarom onderzocht of veiligheidsgedrag dat toenadering bevordert kan bijdragen aan de positieve effecten van exposure. In hoofdstuk 6 onderzochten we of angstige individuen veiligheid afleiden uit informatie over toenaderingsgedrag. Participanten beoordeelden het door hen waargenomen gevaar in scenarios over objectief veilige en gevaarlijke situaties waarin wel of geen toenaderingsgedrag werd beschreven. We vonden dat participanten die bang waren voor spinnen objectief gevaarlijke en veilige scenarios als veiliger beoordeelden wanneer hierin toenadering naar een spin werd beschreven dan wanneer in deze scenarios geen toenadering werd beschreven. Niet-spinangstige participanten lieten dit effect niet zien. In hoofdstuk 7 toetsten we of toenaderingsgedrag tijdens exposure aan een spin het positieve effect van exposure versterkt. Spinangstige participanten werden herhaaldelijk blootgesteld aan een spin. Eén groep participanten deed dit door de spin die in een pot op een karretje stond naar zich toe te trekken (actieve toenadering), terwijl bij een andere groep participanten de onderzoeker de spin naar

RkJQdWJsaXNoZXIy MTk4NDMw