Josephine van Dongen

A Dutch summary/Nederlandse samenvatting 211 en/of ernst van ziekte door een niet-doelwit infectie (i.e. een infectie anders dan waar tegen het vaccin beschermd) verminder t. In onze studie was HRV niet beschermend tegen acute ziekenhuisopname wanneer opname voor AGE werd geëxcludeerd (hazard ratio: 0.91 95% BHI 0.76;1.16).Verder vonden we geen reductie in cumulatief aantal opgenomen dagen of incidentie van acute luchtweginfecties, zoals kan worden verwacht op basis van getrainde immuniteit mechanismen. Concluderend vonden wij geen aanwijzingen voor positieve niet-specifieke effecten na rotavirusvaccinatie onder kinderen met een medische risico aandoening. Tenslotte, de implementatie strategie voor het RIVAR project leverde een vaccinatiegraad van 52% op (95% BHI 51;54%) met een grote variatie in vaccinatiegraad tussen zuigelingen met verschillende medische risicofactoren en tussen ziekenhuizen ( hoofdstuk 7 ). In Nederland worden de standaard kindervaccinaties aangeboden via de jeugdgezondheidszorg bij consultatiebureaus. Het stellen van de indicatie voor, en het toedienen van rotavirusvaccinatie gericht op zuigelingen met medische risico aandoening past niet binnen deze infrastructuur en dit vereiste derhalve een andere aanpak. Daarom werd dit gerichte vaccinatieprogramma geïmplementeerd in tweede- en derdelijns pediatrische ziekenhuizen. Gebaseerd op evaluatie enquêtes onder ouders en zorgverleners, en diepte-interviews met betrokken zorgverleners gaven we suggesties voor verbetering van een ziekenhuis-gebaseerd gericht rotavirusvaccinatie programma voor medisch risico zuigelingen. Deze suggesties omvatten een uitgebreid onderwijsprogramma voor betrokken ar tsen en verpleegkundigen met een toegewijde zorgverlener ter plaatse om inbedding in de reguliere zorg te bewerkstelligen, nationale uitvoeringsrichtlijnen om variatie tussen ziekenhuizen te voorkomen en, afhankelijk van de bestaande infrastructuur en locatie, het betrekken van de jeugdgezondheidszorg voor counseling en vaccintoediening. De rotavirusvaccinatie (kosten-) effectiviteit, het veiligheidsprofiel voor zuigelingen met een medische risico aandoening en de implementatie van een gericht rotavirusvaccinatie programma werden bestudeerd en geëvalueerd in dit proefschrift. Deze populatie van kinderen met een medische risicofactor zou voorrang moeten krijgen op preventie, aangezien de ziektelast hoog en substantieel is, zelfs in een goed ontwikkeld land als Nederland. Echter, een ziekenhuis- gebaseerd vaccinatie programma exclusief gericht op deze zuigelingen toonde matige bescherming en efficiëntie en is derhalve niet meer kostenbesparend. De werking van vaccins is afhankelijk van gastheer eigenschappen en veranderende epidemiologische condities, welke populatie specifiek onderzoek en continue surveillance van vaccineffectiviteit noodzakelijk maken. De matige bescherming van de huidige orale rotavirusvaccins voor kinderen met een medische risico aandoening benadrukt de noodzaak voor alternatieve en geoptimaliseerde preventieve strategieën voor rotavirus.

RkJQdWJsaXNoZXIy ODAyMDc0