Dorien Bangma

SAMENVATTING | 273 Deel I: Algemene inleiding Financiële besluitvormingsbekwaamheid ( financial decision-making capability; FDM- bekwaamheid ) beschrijft het vermogen om eigen financiën te beheren of te managen. Of iemand bekwaam is om financiële beslissingen te nemen kan worden beoordeeld door de financiële competentie van een individu te evalueren (namelijk de financiële kennis en het financieel beoordelingsvermogen om financiële beslissingen te nemen). FDM-bekwaamheid is echter ook afhankelijk van iemands financiële prestaties in het dagelijks leven en van gerelateerde contextuele factoren. Om (klinische) beslissingen te kunnen nemen over iemands FDM- bekwaamheid is daarom onderzoek naar zowel de financiële competentie als financiële prestaties vereist. Hiervoor zijn nieuwe FDM tests en vragenlijsten ontwikkeld ( hoofdstuk 2 ) die kunnen worden gebruikt voor een uitgebreide beoordeling van verschillende componenten van de FDM-bekwaamheid (namelijk financiële competentie, financiële prestaties en contextuele factoren). Het doel van dit proefschrift is om systematisch en uitvoerig de FDM- bekwaamheid van personen met en zonder cognitieve stoornissen te onderzoeken. Het proefschrift richt zich op de effecten van normale veroudering op FDM-bekwaamheid en onderzoekt de FDM-bekwaamheid van personen met een neurodegeneratieve aandoening ( neurodegenerative diseases; NDDs ) en volwassenen met een aandachtstekortstoornis met hyperactiviteit ( attention-deficit/hyperactivity disorder; ADHD ). Verder wordt de invloed van verschillende contextuele factoren, waaronder cognitie, op FDM geëvalueerd. Deel II: FDM-bekwaamheid in relatie tot normale en abnormale veroudering Als gevolg van leeftijd-gerelateerde cognitieve achteruitgang zijn ouderen kwetsbaarder voor problemen met de weloverwogen verwerking van informatie dan jongere personen. Hierdoor hebben ouderen mogelijk meer moeite met sommige aspecten van FDM in vergelijking met jongere personen. Anderzijds blijft de affectieve verwerking van informatie, die ook berust op ervaring en leren, onaangetast bij normale veroudering, hetgeen kan resulteren in vergelijkbare of zelfs nog betere prestaties op sommige andere aspecten van FDM wanneer men ouder wordt. De studie gepresenteerd in hoofdstuk 3 richt zich op dit onderwerp en evalueert de effecten van normale veroudering op de FDM-bekwaamheid. Door van een grote steekproef (n = 180, leeftijdsrange 18-87 jaar) de prestaties te evalueren op onze FDM-testbatterij en op verschillende standaard neuropsychologische tests, werd vastgesteld dat een complex en cognitief veeleisend aspect van FDM (namelijk het vermogen om financiële beslissingen te nemen op basis van specifieke beslissingsregels) inderdaad negatief werd beïnvloed door normale veroudering. Op basis van mediatie-analyses bleken rekenvaardigheid en planningsvaardigheid de effecten van normale veroudering op dit FDM-aspect gedeeltelijk te verklaren. Verder blijkt een hogere leeftijd samen te hangen met een lagere neiging om impulsieve aankopen te doen. Vooral de affectieve component (en niet de cognitieve component) van impulsief koopgedrag was gerelateerd aan leeftijd. Deze resultaten werden bevestigd door interne validatie analyses (middels bootstrap-resampling-analyses ) en externe validatie analyses (middels evaluatie van een tweede, onafhankelijke steekproef). Het vermogen om financiële beslissingen te nemen met implicaties voor de toekomst en affectieve besluitvorming/het nemen van risico’s bleken ook respectievelijk positief en negatief

RkJQdWJsaXNoZXIy ODAyMDc0