Anne van Dalen

206 I Chapter 7 APPENDIX Sectie A – Uw werkomgeving (18 vragen, 1 = helemaal niet mee eens - 5 = helemaal wel mee eens) zeer mee oneens =1 mee oneens =2 neutraal (geen van beide) =3 mee eens =4 zeer mee eens =5 1. Mensen steunen elkaar op deze afdeling 2. We hebben genoeg personeel om de werklast aan te kunnen 3. Wanneer er veel werk snel verricht moet worden, werken we als een team samen om het werk af te krijgen 4. Op deze afdeling behandelen mensen elkaar met respect 5. Het personeel op deze afdeling maakt langere werktijden dan goed is voor de patiëntenzorg 6. Wij zijn actief bezig met het verbeteren van de patiëntveiligheid 7. We gebruiken meer invalkrachten dan goed is voor de patiëntenzorg 8. Het personeel heeft het gevoel dat hun fouten tegen hen gebruikt worden 9. Fouten hebben hier tot positieve veranderingen geleid 10. Dat de ernstigere fouten hier niet vaker gebeuren, berust eigenlijk op toeval 11. Als het ergens op de afdeling heel druk is, helpen anderen mee 12. Wanneer een incident wordt gemeld, voelt het alsof de aandacht naar de melder gaat en niet naar het probleem 13. Nadat veranderingen zijn aangebracht om de patiëntveiligheid te verbeteren, wordt hun effectiviteit geëvalueerd 14. We werken volgens een ‘crisis model’: we proberen veel snel te doen 15. Patiëntveiligheid wordt nooit opgeofferd voor het maken van meer productie 16. Het personeel vreest dat de fouten die zij maken in hun personeelsdossier worden bijgehouden 17. We hebben problemen met de patiëntveiligheid op onze afdeling 18. Onze procedures en systemen zijn adequaat om vergissingen te voorkomen