Maartje Boer

SAMENVATTING [SUMMARY IN DUTCH] 321 Samenvatting van de Belangrijkste Resultaten Uitonzeresultatenvolgenmeerderekernbevindingen(dikgedrukt). Teneerste, de SMD-schaal is geschikt om problematisch socialemediagebruik te meten bij adolescenten ; dit is niet alleen het geval in Nederland, maar ook in andereEuropese landenen inCanada. Hoofdstuk2 liet ziendatdeschaal valide en betrouwbaar is voor gebruik onder Nederlandse adolescenten. Verder is de schaal geschikt om de prevalentie van problematisch socialemediagebruik te vergelijken tussen adolescenten die verschillen in geslacht, leeftijd, het geboorteland van hun ouders en in opleidingsniveau. Drie subgroepen werden geïdentificeerd: normatieve gebruikers (geen symptomen of één symptoom van problematisch socialemediagebruik), riskante gebruikers (twee tot vijf symptomen van problematisch socialemediagebruik) en problematische gebruikers (zes tot negen symptomen van problematisch socialemediagebruik). Uit Hoofdstuk 3 bleek dat de schaal ook betrouwbaar en valide is voor het meten van problematisch sociale media gebruik in andere Europese landen en in Canada en dat de schaal geschikt is om de prevalentie van problematisch socialemediagebruik te vergelijken tussen adolescenten uit verschillende landen. Ten tweede, niet zozeer de intensiteit van het socialemediagebruik, maar met name problematisch socialemediagebruik hangt samen met een verminderd welbevinden van adolescenten . In ons internationale onderzoek rapporteerden problematische socialemediagebruikers een lagere mentale gezondheid en een verminderd sociaal welbevinden en welbevinden op school dan niet-problematische gebruikers. Daarentegen ging intensief socialemediagebruik niet, of alleen in specifieke gevallen, samen met een verminderd(e) mentale gezondheid, sociaal welbevinden en welbevinden op school (Hoofdstuk 4). Uit ons longitudinale onderzoek bleek dat een toename in problematisch socialemediagebruik binnen een adolescent samenhing met een afname in mentale gezondheid van diezelfde adolescent in het daaropvolgende jaar. Specifiek was er sprake van een toename in ADHD-symptomen en depressieve symptomen en een afname in levenstevredenheid. Bovendien was een toename in problematisch socialemediagebruik gerelateerd aan een toename in

RkJQdWJsaXNoZXIy ODAyMDc0