Chapter 10 230 Een vragenlijst met 21 items werd tussen juni 2021 en september 2021 verzonden per e-mail naar 329 respondenten (gastro-intestinale chirurgen en arts-assistenten) in Nederland. De vragenlijst bestond uit vragen over werkervaring, het lichamelijk onderzoek, de diagnostische en chirurgische technieken en de follow-up bij de diagnostiek en behandeling van een CAF. In totaal vulden 106 (33%) respondenten de enquête in, waarvan meer dan de helft (59%) ten minste 10 jaar ervaring had in de behandeling van een CAF. Een kwart van de respondenten (23%) vroeg naar bekkenbodemklachten. Digitaal rectaal onderzoek werd uitgevoerd door 51% van de respondenten, waarbij 22% van de respondenten de bekkenbodem altijd of bijna altijd onderzocht. De meeste respondenten startten de behandeling met vezels en/of laxeermiddelen en zalf. Diltiazem werd aangegeven als de zalf van voorkeur. 22% van de respondenten verwees patiënten met een CAF naar een bekkenfysiotherapeut. Wanneer er werd behandeld met botulinetoxine werd dit in meer dan de helft van de gevallen (54%) toegediend onder algehele of spinale anesthesie of sedatie. De eerste chirurgische behandeling van voorkeur was voor 71% van de respondenten een fissurectomie. Dit werd gevolgd door een laterale interne sfincterotomie (27%). Fissurectomie werd gecombineerd met botulinetoxine door de helft (51%) van de respondenten. In 57% werd de voorkeur gegeven aan een fysieke vervolgafspraak en 22% van de respondenten gaf de voorkeur aan een telefonische vervolgafspraak. Concluderend kan gesteld worden dat de aanbevelingen vanuit de huidige Nederlandse richtlijn grotendeels worden gevolgd. Er wordt gestart met conservatieve maatregelen, gevolgd door chirurgische interventies. Echter, chirurgen vragen bekkenbodemklachten niet consequent uit, onderzoeken niet routinematig de bekkenbodem en verwijzen in een klein percentage naar een bekkenfysiotherapeut voor deze aandoening. Hoofdstuk 3 Bekkenfysiotherapie voor verhoogde tonus1 (hypertonie) van de bekkenbodem, een systematisch onderzoek naar de effectiviteit van bekkenfysiotherapeutische behandeling Een verhoogde tonus van de bekkenbodem kan een belangrijke factor zijn die bijdraagt aan een vertraagde genezing en pijn bij patiënten met een CAF. Om de bijdrage van bekkenfysiotherapie aan de optimale behandelstrategie voor patiënten met een CAF te onderzoeken, hebben we de effectiviteit van bekkenfysiotherapie bij een verhoogde tonus van de bekkenbodem systematisch beoordeeld. Als uitkomstmaten waren gekozen bekkenbodemspiertonus en -functie, pijnrapportages, seksuele functie, kwaliteit van leven, en het klinisch waargenomen effect.
RkJQdWJsaXNoZXIy MTk4NDMw