206 Appendices Dutch summary (Nederlandse samenvatting) Fabry cardiomyopathie, naar een vroege diagnose en rationele follow-up Hoewel een exact pathofysiologisch mechanisme nog onvoldoende is opgehelderd, is het bekend dat Globotriaosylceramide (Gb3) accumulatie in het hartweefsel progressieve hartfunctiestoornissen bevordert en bijdraagt aan vroegtijdige sterfte bij patiënten met de ziekte van Fabry (FD). Met de introductie van enzymvervangende therapie verschenen er meer studies die de cardiale manifestaties van FD beschreven. Echter, ontbraken de longitudinale studies die het klinisch verloop van Fabry- cardiomyopathie per fenotype en geslacht onderzochten. Een fenotype is het totaal van alle waarneembare eigenschappen van een ziekte. Binnen FD, maken wij onderscheid tussen het klassieke en het niet-klassieke fenotype. De hypothese is dat met veroudering geleidelijke veranderingen in elektrofysiologische, echocardiografische en biochemische markers ontstaan bij FD patiënten. Deze markers kunnen al afwijkend zijn vóór de klinische ziektemanifestatie. Zodra we weten wanneer en welke biomarkers beginnen te veranderen bij de verschillende patiëntengroepen en hoe deze gerelateerd zijn aan het optreden van cardiale complicaties, is het mogelijk om: 1. FD-patiënten die een risico lopen op het ontwikkelen van cardiale complicaties vroegtijdig te identificeren en te behandelen. Zo kan het ontstaan van onomkeerbare hartspier schade worden vertraagd, wat weer leidt tot het verbeteren van de ziekte prognose. 2. Klinisch relevante elektrofysiologische, echocardiografische en biochemische markers te identificeren, die clinici zullen ondersteunen in het evalueren van therapie effecten. 3. Follow-up protocollen te ontwikkelen, die rekening houden met deze prognostische markers, in combinatie met geslacht, fenotype en leeftijd van de patiënt. De uitgevoerde studies in dit proefschrift omvatten observationele longitudinale retrospectieve studies bij een groep FD-patiënten, geclassificeerd op basis van geslacht en ziekte ernst (klassiek, niet- klassiek) binnen het Amsterdam Universitair Medisch Centrum (AUMC), Nederland. Er werden data verzameld die ondersteunde in de beschrijving van de cardiale complicaties, elektrofysiologische, beeldvormende (MRI en echocardiografie) en biochemische parameters bij FD patiënten. Elektrofysiologische en echocardiografische gegevens van twee gezonde populatiecohorten (de Healthy Life in an Urban Setting (HELIUS) en de Rotterdam Navigator-cohort) werden ter vergelijking met FD patiënten gebruikt
RkJQdWJsaXNoZXIy MTk4NDMw