Liesbeth Kool

212 | Chapter 10 Dit proefschrift beoogt bij te dragen aan de kennis omtrent het welzijn en de ondersteuning van startende verloskundigen (SV) in de Nederlandse geboortezorg. We identificeerden de werkeisen en hulpbronnen zoals ervaren door SV die werkzaam waren in de wijk en in het ziekenhuis. In de volgende hoofdstukken lag de focus op de perspectieven van stakeholders in de geboortezorg aangaande de transitie van SV naar de praktijk, het welzijn van SV en ervaren verloskundigen en de determinanten die daarop van invloed waren en op de intenties van verloskundigen om de praktijk te verlaten. Hoofdstuk 1 betreft een algemene introductie van het onderwerp, de probleem- en doelstelling van dit proefschrift. In dit hoofdstuk is uitleg gegeven over de concepten transitie naar de praktijk, welzijn in het werk en de begeleiding van SV tijdens deze transitie. Ook zijn de organisatie van de geboortezorg en de opleiding van verloskundigen in Nederland toegelicht. Het theoretisch model, onderliggend aan alle verschillende studies, het Job Demands-Resources model is toegelicht. De volgende onderzoeksvragen zijn beantwoord: 1. Hoe percipiëren startende verloskundigen hun transitie naar de werkplek en hoe wordt deze transitie begeleid of ondersteunt? 2. Wat zijn de percentages van welzijn van startende en ervaren verloskundigen in de praktijk en welke determinanten zijn geassocieerd met welzijn en intenties om het beroep te verlaten? 3. Wat zijn de gewenste en uitvoerbare componenten van begeleiding van startende verloskundigen in de transitie van opleiding naar de praktijk? Hoofdstuk 2 exploreert in een kwalitatief onderzoek de ervaringen van SV die na hun afstuderen in de wijk (eerstelijns) zijn gaan werken. Doel van dit onderzoek was om een inventarisatie te maken van werkeisen en werk- en persoonlijke hulpbronnen. Middels groepsinterviews bestaande uit vijf groepen met SV zijn in totaal 31 participanten bevraagd over hun ervaringen. Met behulp van een thematische content-analyse zijn uitkomsten gegenereerd. Het werken als waarnemer werd door SV ervaren als werkeis, wat impliceert dat zij meestal werken voor verschillende praktijken en daardoor om moeten gaan met verschillen in regionale afspraken en protocollen. De werkbelasting door de hoeveelheid diensten, alsmede de administratieve en organisatorische taken waren voor SV nieuw en belastend. Hulpbronnen waren vooral het werken met zwangeren alsmede de ondersteuning van collega’s (mits beschikbaar) en peers (ex-medestudenten verloskunde). Grenzen kunnen stellen, flexibiliteit en relativeringsvermogen werden

RkJQdWJsaXNoZXIy MTk4NDMw