160 Appendix NEDERLANDSE SAMENVATTING Chronische obstructieve longziekte (COPD) en diabetes zijn wijdverspreide chronische ziekten. COPD, gekenmerkt door een aanhoudende obstructie van de luchtwegen, heeft aanzienlijke invloed op de longfunctie, veroorzaakt ademhalingsproblemen en draagt bij aan comorbiditeiten zoals hart- en vaatziekten. Diabetes, zowel type 1 als type 2 varianten, leidt tot hoge bloedsuikerspiegels door een gebrekkige insulineproductie of een gebrekkige respons op insuline, met als gevolg verschillende complicaties zoals retinopathie en nefropathie. Zowel COPD als diabetes worden gekenmerkt door chronische ontsteking met aanwezigheid van pro-inflammatoire cytokines die alle weefsels aantasten. Macrofagen, cellen van het immuunsysteem, spelen een cruciale rol in zowel chronische ontstekingen als in de complexe relatie tussen immuun- en metabole processen in weefsels. Chronische ontstekingen kunnen veranderingen veroorzaken in zowel genexpressie als verscheidene metabole processen, zoals glycolyse en vetzuuroxidatie. De wisselwerking tussen immuunreacties en metabole processen, onder deze chronische ziekten, onderstreept het belang van het begrijpen van deze complexe interacties voor de ontwikkeling van gerichte therapieën. Het doel van dit proefschrift was het uitdiepen van de kennis omtrent de rol van macrofagen binnen chronische ontsteking, met de nadruk op hun diverse fenotypen en metabole nuances in verschillende situaties. In Hoofdstuk 2 ligt de focus op de betrokkenheid van macrofagen bij obesitas en type 2 diabetes mellitus. Het beschrijft verscheidene macrofaag fenotypen geassocieerd met deze aandoeningen en werpt licht op variaties in niveaus van cellulaire metabolieten, waarbij wordt onthuld hoe macrofagen beïnvloedt worden voor de micro-omgeving. Dit hoofdstuk illustreert ook de meest voorkomende manieren om macrofagen te karakteriseren, met speciale aandacht voor hun metabolisme. Vervolgens gaat het onderzoek in op de effecten van lysine deacetylaseremmers (KDACis) op muis primaire alveolaire macrofagen geactiveerd door lipopolysaccharide (LPS), zoals beschreven in Hoofdstuk 3. Hoewel er tussen de verschillende omstandigheden slechts minimale metabolische veranderingen worden waargenomen, toont de studie aan dat wanneer macrofagen worden behandeld met KDACis, er een vermindering van ontstekingsmediatoren en een toename van eiwitten gerelateerd aan ubiquitinatie wordt waargenomen. Deze vindingen bieden nieuwe aanknopingspunten voor de ontwikkeling van therapeutische ingangen voor COPD.
RkJQdWJsaXNoZXIy MTk4NDMw