Max Osborne

156 Chapter 6 De afname van de huidreacties , als complicatie, worden toegeschreven aan de nieuwere vormgeving van het abutment en aan het nu ontbreken van een hydroxyapatiet oppervlak , zoals dat nog werd toegepast bij het BAI300 implantaat. Hoofdstuk 3 Hoofdstuk 3.1 Het effect op de klinische uitkomsten van het met een laser verruwde oppervlak van het titanium implantaat met een wijdere diameter en het effect daarvan op de uitkomsten van de Resonantie Frequentie Analyse ( RFA) De firma Oticon lanceerde na hun eerdere succes met het 4,5 mm wijdere titanium implantaat opnieuw een nieuwere versie van hun titanium hoorschrioef met als vernieuwing een door laser wat verruwd oppervlak. Bij 115 kinderen werden prospectief de toepassingen van dit implantaat voor 174 implantaten bestudeerd en geanalyseerd en wel specifiek voor de verkregen klinische resultaten en voor de resultaten zoals die verkregen werden met Resonantie Frequentie Analyse (RFA). De uitkomsten van deze nieuwe studie toonden opmerkelijk betere resultaten in vergelijking met alle eerdere studies met deels geïmplanteerde beengeleider hoorschroeven (BCH). Er werden minder titanium hoorschroeven afgestoten en er waren minder ongewenste huidreacties. Het verlies aan hoorschroeven was 3,4 % en het percentage ongewenste huidreacties was 4,4 %. De uitkomsten van Resonantie Frequentie Analyse (RFA) over de tijd gemeten na implantatie toonden over de tijd een toename welke toename alleen op het meetpunt 3 maanden na implantatie statistisch significant was. Er werd geen correlatie gevonden tussen verlies van het implantaat en de uitkomsten van de RFA metingen. Daarom kunnen de uitkomsten van RFA metingen niet gebruikt worden als een voorspeller voor een eventueel opkomend verlies van het implantaat. Tevens kunnen op basis van het Implant Stability Quotiënt ( ISQ) alleen in individuele gevallen geen conclusies getrokken worden. Een mogelijke trend in verkregen RFA waarden kan op individuele basis gevolgd worden. Zo mogelijk ook voor bepaalde groepen mits er gelijke variabelen zijn. Dit laatste valt echter moeilijk vooral in een paediatrische patiënten groep, die onderling juist zo verschillend is.

RkJQdWJsaXNoZXIy MTk4NDMw