Pieter Simons

7 Nederlandse samenvatting kinetisch profiel van oliceridine als gevolg van CYP2D6 polymorfismen en fenotypevariaties. We konden de ventilatoire effecten niet in verband brengen met de antinociceptieve effecten, een crucicaal aspect voor de evaluatie van harm/benefit van dit farmacologische middel. We relateren deze tekortkoming om opio¨ıd-ge¨ınduceerde antinociceptie te kwantificeren aan de specifieke pati¨entenpopulatie die we hebben onderzocht (onze populatie was ongevoelig voor koud waterprikkels). Oudere personen hebben moeite met het scoren van nociceptie, vooral wanneer ze worden blootgesteld aan opio¨ıden. Dit kan te maken hebben met een reeks leeftijdsgebonden veranderingen in de fysiologie, zoals verminderde C-vezeldichtheid in de huid, veranderingen in centrale pijnverwerking en cognitieve veranderingen. Bovendien be¨ınvloedt obesitas het juist beoordelen van nociceptieve prikkels negatief. Ten slotte, in chapter 5, vergeleken we de hypoxische gevoeligheid tussen pati¨enten met diabetes type 2 (T2DM) en gezonde vrijwilligers en bestudeerden we de effecten van hyperinsulinemie op hypoxische gevoeligheid. Tijdens vasten zagen we geen verschillen tussen deze twee groepen, maar opvallend genoeg kwamen er tijdens euglycemische-hyperinsulinemie significante veranderingen naar voren. Verhoogde hypoxische gevoeligheid werd waargenomen bij gezonde controles, maar niet bij insulineresistente individuen. Bovendien nam tijdens hyperinsulinemie de hyperoxische inhibitie toe bij pati¨enten met T2DM, wat mogelijk wijst op een verhoogde excitatie van de carotislichaampjes. Dit duidt op een negatief effect van T2DM op de carotislichaampjes, met een indicatie van insulineresistentie van dat specifieke orgaan, hoewel het carotissysteem lijkt te verkeren in een staat van hyperexcitiatie. 133

RkJQdWJsaXNoZXIy MTk4NDMw