Linda Joosten

206 SAMENVATTING TRENDS IN PREVALENTIE EN ANTITROMBOTISCHE VOORSCHRIFTEN BIJ PATIËNTEN MET ATRIUMFIBRILLEREN Hoofdstuk 5 is een beschrijvend onderzoek naar de trends in de prevalentie van AF en de keuzes in het voorschrijven van antitrombotische therapie.11 Voor dit onderzoek is gebruik gemaakt van de Nederlandse routinezorggegevens van ongeveer 385.000 patiënten in het Julius Huisartsen Netwerk.11 In de periode van 2008 tot en met 2017 waren 7.459 AF patiënten geregistreerd.11 Gedurende deze periode is de prevalentie van AF meer dan verdrievoudigd: van 0,4% naar 1,4%.11 Deze toename is te wijten aan de vergrijzing van de bevolking, maar ook aan een betere bewustwording, detectie en registratie van AF. Daarnaast is uit dit onderzoek gebleken dat bij AF patiënten de prevalentie van VKA voorschriften is gedaald van 47% in 2008 naar 41% in 2017, terwijl in dezelfde periode de prevalentie van NOAC voorschriften is gestegen van 0% naar 20%.11 Bovendien was het opvallend dat in 2017 25% van alle AF patiënten met een CHA2DS2-VASc score ≥2 nog steeds geen profylactisch oraal anticoagulans kreeg voorgeschreven,11 terwijl dit (ook toen) wel werd aanbevolen in de richtlijnen.1,12 Multivariabele logistische regressieanalyses werden gebruikt voor de identificatie van de volgende patiëntkenmerken die onafhankelijk geassocieerd bleken te zijn met een hogere kans op het ontvangen van een VKA voorschrift in plaats van een NOAC voorschrift bij patiënten met nieuw ontstaan AF: hogere leeftijd, hartfalen, diabetes mellitus, vaatziekte en dementie.11 OVERSTAPPEN VAN EEN VITAMINE K ANTAGONIST NAAR EEN NIETVITAMINE K ANTAGONIST ORAAL ANTICOAGULANS BIJ KWETSBARE OUDERE PATIËNTEN MET ATRIUMFIBRILLEREN Naar schatting is momenteel 1 op de 25 Nederlanders kwetsbaar en oud.13,14 AF komt met name veel voor in de oudere populatie met een prevalentie van 38% in de oudste en meest kwetsbare populatie, namelijk verpleeghuisbewoners.15 Zoals blijkt uit Hoofdstuk 5 is de prevalentie van AF in Nederland gestegen van 0,4% naar 1,4% tussen 2008 en 2017.11 Dit is deels te verklaren door de vergrijzing van de bevolking. Naar verwachting zal het aantal kwetsbare oudere patiënten met AF in de nabije toekomst verder toenemen, omdat de vergrijzing van de bevolking de komende jaren door zal zetten. Aangezien bewijs van gerandomiseerde gecontroleerde onderzoeken bij kwetsbare oudere AF patiënten ontbreekt en observationele onderzoeken gevoelig zijn voor vertekening door confounding, werd het FRAIL-AF onderzoek opgezet om te onderzoeken of het overstappen van een VKA naar een NOAC in vergelijking met het voortzetten van een VKA het aantal grote of klinische relevante niet-grote bloedingscomplicaties vermindert bij kwetsbare oudere patiënten met AF. De uitgebreide rationale en opzet van dit onderzoek worden beschreven in Hoofdstuk 6.16 Samengevat is het FRAIL-AF onderzoek een door de onderzoeker geïnitieerd,

RkJQdWJsaXNoZXIy MTk4NDMw