196 de studies in Deel A met het onderzoek van een collega-promovenda, Isra Al-Dhahir. Onze aanpak was tot nu toe vooral “bottom-up”, met directe samenwerking met de doelgroep en een hands-on case study. Om echter een volledig beeld te scheppen, hebben we ook gebruik gemaakt van Isra’s “top-down” perspectief, gebaseerd op bestaande literatuur en vaak voorkomende belemmerende en bevorderende factoren die door professionals zijn geïdentificeerd. In dit hoofdstuk ligt de focus op het samenvoegen van beide perspectieven om de IeG te ontwikkelen: een praktische tool voor professionals om inclusieve eHealth-interventies te ontwerpen. Door een participatieve aanpak hebben we 16 eisen voor het ontwerp van de tool geïdentificeerd en deze geïntegreerd in de eerste versie van de IeG. Deel C: Toepassing van de IeG Het laatste deel van het proefschrift gaat in op de praktische toepassing van de IeG in een specifieke situatie: de ontwikkeling van een eHealth-interventie specifiek voor mensen met een lage SEP in de context van hartrevalidatie (HR). Hoofdstuk 5 beschrijft het ontwerpproces van deze interventie, waarbij we de behoefte van patiënten met een lage SEP in kaart brachten. We leerden dat patiënten de behoefte hadden om zich zekerder en beter begeleid te voelen tijdens hun wachttijd voorafgaand aan HR. Samen met de doelgroep hebben we eHealth-interventie ontwikkeld die aan deze behoefte voldoet. Het implementeren van de IeG tijdens dit proces leverde vier belangrijke lessen op die toekomstige ontwerpers kunnen helpen bij vergelijkbare case-specifieke toepassingen van de IeG: het belang van het beheren van middelen, de waarde van participatieve methoden, en de noodzaak van personalisatie en eenvoud in het ontwerp van eHealthinterventies. Hoofdstuk 6 beschrijft de evaluatie van de haalbaarheid en effecten van de ontwikkelde interventie op het gevoel van zekerheid en begeleiding bij patiënten met een lage SEP. De resultaten laten zien dat er potentie is voor de interventie en de IeG. De interventie werd goed gebruikt en geaccepteerd door de deelnemers. Hoewel de kwantitatieve data geen significante verbeteringen in zekerheid en begeleiding lieten zien, suggereren kwalitatieve inzichten dat de interventie wel voordelen kan bieden op deze gebieden. De resultaten tonen aan dat de toepassing van de IeG kan leiden tot de ontwikkeling van interventies die zowel worden gebruikt als geaccepteerd door mensen met een lage SEP. De IeG kan een waardevol hulpmiddel zijn voor professionals die inclusieve eHealth-interventies willen ontwerpen.
RkJQdWJsaXNoZXIy MTk4NDMw