Hilde Kooiker-den Boer

103 1. Inleiding Begrijpend lezen is complex en vraagt verschillende cognitieve en metacognitieve vaardigheden. Lezers moeten een tekst vlot kunnen decoderen, de juiste betekenissen toekennen aan de woorden die ze lezen, daarbij grammaticale kennis inzetten en verbanden kunnen leggen tussen delen van de tekst en tussen de tekst en de eigen achtergrondkennis. Zo ontstaat een samenhangende mentale representatie van de tekst (Cain et al., 2004; Verhoeven & Perfetti, 2008). Naarmate lezers meer inferenties maken die verder gaan dan het oppervlakteniveau van de tekst, ontstaat dieper tekstbegrip en daarmee een uitgebreidere tekstrepresentatie (Kintsch, 1998; Oudega & Van den Broek, 2018; Sanders & Spooren, 2009). Met name het lezen en begrijpen van informerende teksten kan lastig zijn voor leerlingen, aangezien dit soort teksten een hoge informatiedichtheid hebben en doorgaans anders gestructureerd zijn dan bijvoorbeeld verhalende teksten (Duke & Roberts, 2010; Ray & Meyer, 2011). Neem het volgende tekstfragment uit een lesmethode voor natuur- en techniekonderwijs. Klimaatverandering Steenkool, aardgas en aardolie zijn brandstoffen die miljoenen jaren geleden uit resten van planten en dieren zijn ontstaan. Daarom heten ze fossiele brandstoffen. Bij de verbranding ervan komt CO2 vrij. Dat komt in de atmosfeer. Daardoor wordt er meer warmte op aarde vastgehouden. Dit heet het versterkt broeikaseffect. Daardoor verandert heel langzaam het klimaat op aarde. Het wordt gemiddeld warmer. Dat heeft grote gevolgen. Droge gebieden worden nog droger en krijgen een tekort aan water. In andere gebieden gaat het meer en harder regenen en stormen. Bij de Noordpool is de afgelopen honderd jaar het meeste ijs gesmolten. Ook smelten gletsjers sneller. Door de klimaatverandering stijgt de zeespiegel. (licht bewerkte versie van Wijzer, groep 8, p.61) Om tot begrip van dit fragment te komen, helpt het als leerlingen enige achtergrondkennis hebben en daardoor bijvoorbeeld de betekenis van woorden als atmosfeer en gletsjer kennen, weten wat CO2 is, of hoe een broeikas werkt. Het is dan ook belangrijk om tijdens leesactiviteiten gericht te werken aan woordenschat en kennisopbouw (Duke et al., 2011; Smith et al. 2021). Aangezien informatieve teksten met name in het zaakvakonderwijs een belangrijke rol spelen en kennisopbouw daar centraal staat, is het heel goed mogelijk om lees- en zaakvakonderwijs te combineren. Deze aanpak is effectief gebleken voor zowel taalvaardigheid als voor de kennis van vakinhouden (Gresnigt et al., 2014; Hwang et al., 2022; Kim et al., 2021a). Ook in Nederland laten peilingen zien dat de leesvaardigheid van leerlingen hoger is wanneer begrijpend lezen meer wordt geïntegreerd in de zaakvakken (Inspectie van het Onderwijs, 2022). 104

RkJQdWJsaXNoZXIy MTk4NDMw