Hilde Kooiker-den Boer

Aan het eind van de cursus leverden 50 studenten hun portfolio in. Het herkennen van structuren in teksten bleek een lastige opdracht. Figuur 1 laat per tekststructuur zien in hoeveel teksten deze gebruikt was en hoe vaak deze structuur ook door de studenten herkend werd. Duidelijk wordt dat studenten nog niet goed in staat waren om meerdere onderliggende structuren in een tekst te herkennen; vooral oorzaak-gevolg en vergelijking worden relatief weinig herkend, al kwam die laatste ook weinig voor. Figuur 1. Aantal keer dat een tekststructuur voorkwam in een tekst ten opzichte van het aantal keer dat studenten deze detecteerden We onderzochten in hoeverre het bekijken van de clips van invloed was bij de uitvoering van deze praktijkopdracht en zagen een positief effect van de totale kijktijd van alle clips samen op het kunnen bepalen van de structuur van de tekst (F(1, 48) = 4.20, p = .046). Als we dit herleiden naar kijktijd van afzonderlijke clips, dan zien we een effect bij clip 1 (F(1, 48) = 4.56, p = .04) en clip 4 (F(1, 48) = 4.13, p = .045). Van het bekijken van de overige vier clips op het bepalen van de tekststructuur vonden we geen effect (alle p’s ≥ .06). 5.3 Conclusies Gezien de onvoorziene omstandigheden tijdens deze studie en het gebrek aan actieve deelname aan de interventie die achteraf bleek bij relatief veel studenten, valt er vanuit de resultaten op de kennistoetsen weinig te zeggen over de mate waarin de kennisclips bijdragen aan een toename in kennis. Ondanks het feit dat de scores meer stijgen tussen Toets 2 en 3 dan tussen Toets 1 en 2, is het lastig te spreken van een effect van de interventie, aangezien we niet kunnen aantonen dat dit te maken heeft met het kijken naar de clips. Bovendien komt het gemiddelde op Toets 3 niet boven het gemiddelde op Toets 1 uit, wat eveneens vragen oproept. Een mogelijke verklaring is dat er toch een verschil in moeilijkheidsgraad tussen de 0 10 20 30 40 50 Beschrijving Chronologie Vergelijking Oorzaakgevolg Probleemoplossing Aantal keer aanwezig in teksten (N=50) Aantal keer genoemd (N=50) 6 145

RkJQdWJsaXNoZXIy MTk4NDMw