91 Voor de tweede testcyclus voorzagen de onderzoekers de leerkrachten van alle materialen voor de praktische activiteiten. Om ervoor te zorgen dat de lessen overdraagbaar zouden zijn, werden de gastlessen omgezet in lessen die leerkrachten zelfstandig konden geven. De leerkrachten vonden dit prettig en droegen in de logboeken praktische suggesties aan om deze activiteiten nog verder te verbeteren. Vragenlijst 2 (Tabel 7) laat zien dat leerkrachten zich (van alle elementen in de lessenserie) het meest zelfverzekerd voelden over het begeleiden van de hands-on activiteiten. Op de vraag aan het einde van het project wat voor hen de drie belangrijkste eye-openers waren geweest bij het ontwerpen en testen van het lesmateriaal, noemden twee leerkrachten het gegeven dat de hands-on activiteiten de betrokkenheid van de leerlingen zo sterk verhoogde en één noemde de combinatie van onderzoeks- en schrijfactiviteiten. Tabel 7. Vragenlijst 2 – Gemiddelde scores (en standaarddeviaties) van het zelfvertrouwen van leerkrachten ten aanzien van de didactische elementen van de lessenseries (n=6) Didactische elementen Gemiddelde (en standaarddeviatie) (min.=1-max=7) Taaldoelen en vakinhoudelijke doelen verbinden 4.83 (0.98) Functionele lees- en schrijfactiviteiten bedenken 4.67 (0.52) Instructie geven over tekststructuur 5.50 (0.55) Aandacht besteden aan declaratieve kennis over tekststructuur 5.17 (0.41) Aandacht besteden aan procedurele kennis over tekststructuur 5.17 (0.41) Aandacht besteden aan conditionele kennis over tekststructuur 4.83 (0.75) Graphic organizers inzetten 5.67 (0.52) Hands-on activiteiten begeleiden 6.17 (0.75) Tijdens het ontwerpproces merkten we dat er veel mogelijkheden waren om functionele taalactiviteiten te koppelen aan onderzoeksactiviteiten (Tabel 6), en dat leerlingen zeer gemotiveerd waren tijdens onderzoekend leren maar ook tijdens taalactiviteiten (Tabel 5). Het is moeilijk om op basis van de verzamelde gegevens te bepalen in hoeverre leerkrachten bewust en expliciet aandacht besteedden aan gerelateerde denkwijzen tijdens de hands-on activiteiten. Toch denken we dat er in de meeste onderzoeksactiviteiten wel een duidelijk verband was met de concepten. Zo hielp het bouwen van een elektrische stroomkring en het experimenteren met verschillende materialen leerlingen om de concepten geleiding en isolatie te begrijpen. Zowel het voorbereiden als het uitvoeren van de praktische activiteiten bleek niet ingewikkeld en ook niet erg tijdrovend te hoeven zijn. Korte en eenvoudige activiteiten zoals het ontdekken van verschillende soorten suiker of het observeren van het afbraakproces van een boterham zijn erg motiverend en kunnen vragen 92
RkJQdWJsaXNoZXIy MTk4NDMw