Anne Fleur Kortekaas-Rijlaarsdam

APPENDIX 154 D E E L 3 De effecten van methylfenidaat op feedback leren en het profiteren van beloning Met de derde deelvraag beoogden we de effecten van methylfenidaat op twee aspecten van bekrachtigingsleren in ADHD in kaart te brengen: allereerst keken we naar de effecten van methylfenidaat op feedback leren (hoofdstuk 5) en ten tweede onderzochten we of methylfenidaat invloed had op de mate waarin kinderen met ADHD konden profiteren van feedback (in dit geval in combinatie met een beloning) bij een rekentaak (hoofdstuk 6). Ook voor deze studies werd gebruik gemaakt van de data van de eerder beschreven gerandomiseerde dubbel-blind placebo-gecontroleerde crossover studie waarin 63 kinderen met ADHD werden vergeleken met 67 regulier ontwikkelende kinderen. Om de effecten van methylfenidaat op leren van feedback te onderzoeken, gebruikten we een kindversie van een associatieve leertaak: deze taak startte met een leerfase waarin stimulus-beloning associaties werden aangeleerd en werd gevolgd door een test-fase waarin de aangeleerde kennis moest worden toegepast op nieuwe stimulusparen. De taak eindigde met een zogenaamde omkeer-fase waarin eerder beloonde associaties werden bestraft en andersom. Met behulp van deze taak werden de effecten gemeten van ADHD diagnose en van behandeling met methylfenidaat op het aanleren van nieuwe associaties, het generaliseren van aangeleerde kennis naar een nieuwe context en het kunnen aanpassen van gedrag aan veranderde bekrachtiging. De resultaten suggereren dat kinderen met ADHD geen problemen hebben met het aanleren van nieuwe associaties en met het aanpassen van hun gedrag wanneer eerder beloonde associaties worden bestraft en andersom. Kinderen met ADHD hadden wel meer moeite dan kinderen in de controlegroep met het generaliseren van eerder aangeleerde kennis naar nieuwe stimulusparen. Behandeling met methylfenidaat zorgde voor een verbetering in het aanleren van nieuwe associaties en er was een trend effect van methylfenidaat op het generaliseren van kennis. Wanneer zij behandeld werden met methylfenidaat, konden kinderen met ADHD even goed hun eerder aangeleerde kennis generaliseren als kinderen zonder ADHD. Concluderend kan worden gesteld dat kinderen met ADHD nieuwe associaties zonder veel problemen aanleren, maar dat zij moeite hebben om deze kennis in nieuwe situaties toe te passen. Hoewel uit ons onderzoek blijkt dat methylfenidaat hier positieve effecten op kan hebben, is meer onderzoek nodig om dit te bevestigen. In hoofdstuk 6 werden de effecten van beloning en methylfenidaat op rekenprestaties met elkaar vergeleken en werd in het bijzonder gekeken of kinderen met ADHD meer profiteerden van beloning wanneer zij behandeld werden met methylfenidaat. Om dit