Gelezen, geleefd, gedeeld
46 ter zelfmoord pleegt, voed je haar kinderen op. Als je overlijdt, worden je bejaarde schoonzussen aangesteld als voogden, terwijl ze vreemden zijn voor de kinderen. Als de schoonzussen ervan doorgaan, wordt een andere dochter onder druk gezet om de voogdij over te nemen die de kinderen net zomin kent. De ogenschijnlijke vanzelfsprekendheid van het aangaan van deze zorgrelaties op basis van een familieband staat in schril contrast met de feitelijke vorm die deze zorg aanneemt. De oudtantes zijn halfslachtig in hun voogdijschap, tante Sylvie lijkt nog minder overtuigd maar blijft wel. Lucille vertrekt. Is dat een breken met de familie, zoals haar moeder deed door haar zelfmoord? Ruth ziet het niet zo. Ook nadat ze praktisch alle contacten met Lucille heeft verloren, blijft ze verbonden met haar zus tot de laatste regels van het boek toe. Zo is het verhaal van Ruth een verhaal dat je doet vragen naar wat familie betekent. De relaties die er toe doen zijn allemaal familierelaties. Familie wordt voorgesteld als levens die met elkaar verweven zijn. Vaak is die ver- wevenheid onzichtbaar, maar onder druk komt ze aan het licht: de druk van een moeder die zelfmoord pleegt, een grootmoeder die haar plaats inneemt maar zelf weduwe is enzovoort. Familie kan plotseling zichtbaar worden als een gegeven band die bepaalde verantwoordelijkheden en handelingen im- pliceert, zelfs een verandering van iemands leven zoals in het geval van de voogdij van de tantes. Wat is deze familieband dat het de basis is voor zulke radicale beslissingen? Wat is de reden om de voogdij over twee tienerzussen toe te kennen aan twee oude vrouwen die volkomen vreemden voor hen zijn, of aan een vrouw van middelbare leeftijd die nog nooit zo’n leven heeft geleid, zelfs nog nooit in een huis heeft gewoond? En, een ander aspect, waarom is de verwevenheid van het leven van familieleden zodanig dat die vormt wie je bent, zelfs als je deze mensen, zoals bij Ruth en haar grootva- der, nog nooit hebt ontmoet? Het verhaal van de familie Foster is allesbe- halve een succesverhaal. Je vraagt je af of deze op de een of andere manier vanzelfsprekende verantwoordelijkheid voor familieleden een goede zaak is, of een idealistische misvatting. Zijn familieleden ten goede of ten kwade verwant? Wat is de waarde van het gezin als het zo nadrukkelijk wordt ge- kenmerkt door dood, afwezigheid, verlatenheid en verwaarlozing? Kortom, Housekeeping confronteert haar lezers met de vraag wat familie betekent en zou moeten betekenen in morele zin. Het boek gaat over vrouwen, vrouwen die familieleden zijn. Wat is dat wat ze delen? Het verhaal toont hoe moeilijk het is in het algemeen te spreken
Made with FlippingBook
RkJQdWJsaXNoZXIy ODAyMDc0